Zou je een muis laten doodmaken als je dat geld opleverde? Of anders gezegd, zou je een geldelijke opbrengst aan je voor bij laten gaan als je daarmee het leven van een muis kon redden? Het lijkt dat het hier gaat om een morele kwestie: geld verdienen door een levend wezen te doden zonder enige andere rechtvaardiging, dat voelt niet goed.
In de nieuwe studie Morals and Markets (betaalpoort) onderzochten Armin Falk en Nora Szech hoe mensen kiezen als ze met deze vraag worden geconfronteerd. Het ging om laboratoriummuizen die niet geschikt waren voor verder onderzoek en die standaard worden gedood omdat het te duur is om ze in leven te houden. De proefpersonen in het onderzoek konden het leven van zo'n muis redden door af te zien van een beloning van €10. Dat geld zou dan dienen om bij te dragen in de kosten van de verzorging van die muizen.
Als proefpersonen hier individueel over konden beslissen, dan was 45,9 procent bereid om voor €10 de muis te laten doden. Eerlijk gezegd schrok ik van dat hoge percentage. Maar waarschijnlijk heb ik wat meer geld om handen dan de meeste van die studenten die als proefpersoon optraden.
Maar dat percentage steeg nog behoorlijk als de proefpersonen in een nagebootste markttransactie beslisten over het leven van die muis. In een bilaterale transactie konden twee proefpersonen het eens worden over de verdeling van €20 euro over hen beiden waarvoor de muis zou worden gedood. Als er niet werd onderhandeld, bleef de muis in leven en werd geen geld uitgekeerd. Het percentage proefpersonen dat onder die conditie bereid was om de muis te laten doden, steeg tot 72,2 procent. En in een multilaterale transactie, waarin bedragen konden worden aangeboden en geaccepteerd waarvoor de muis zou worden gedood, steeg dit verder tot 75,9 procent.
Het is een interessant resultaat, dat in lijn is met ons werkelijke gedrag. Zo is bijvoorbeeld bijna iedereen tegen kinderarbeid, tegen slechte arbeidsomstandigheden en tegen de bio-industrie, maar velen van ons kopen wel de producten, omdat die zoveel goedkoper zijn. Daarbij kun je nog min of meer terecht zeggen dat je niet goed op de hoogte was. Maar in dit experiment hadden de proefpersonen niet dat excuus. Ze waren uitvoerig en duidelijk geïnformeerd. Dat lijkt er op dat we in het echte leven ook als we goed geïnformeerd zouden zijn, op de markt bereid zijn tot koopgedrag dat tegen onze morele overtuiging ingaat.
Waarom zijn we in markttransacties minder moreel gemotiveerd dan wanneer we individueel beslissen? Falk en Szech noemen drie mogelijke verklaringen. Ten eerste kan het zijn dat we ons minder persoonlijk verantwoordelijk en dus minder schuldig voelen. Maar het kan ook zijn dat de markt ons informatie verschaft over wat anderen doen. Als er blijkbaar anderen zijn die zich zo gedragen, dan is de morele belasting minder zwaar. En tenslotte kan het zijn dat de markt ons aanzet tot denken in termen van individuele, materiële opbrengsten, zonder aandacht te hebben voor de gevolgen voor anderen.
Tja, we zijn het heel normaal gaan vinden om in een marktmaatschappij te leven. Maar het is wel uiterst belangrijk om ons er rekenschap van te geven dat ons morele kompas sterk door de aard van die maatschappij wordt beïnvloed. En om goed te beseffen hoe zeer dat morele kompas nodig is om een maatschappij te hebben waarin we graag willen leven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten