maandag 27 juni 2022

Voor rijken voelt het dat ze er op achteruitgaan, namelijk in status, als er niet meer gebeurt dan dat armen erop vooruitgaan. Het verschil wordt kleiner! Dat willen ze niet.

Als je in een democratie de ongelijkheid, van inkomens en/of vermogens, laat toenemen, dan creëer je een bovenlaag van rijken die hun rijkdom gaan zien als zelf verworven en gerechtvaardigd en die rijkdom dus willen verdedigen tegen pogingen om de ongelijkheid te laten afnemen. Ook als iedereen, dus ook zijzelf, beter af zouden zijn in een meer gelijke, egalitaire, maatschappij. Dat is, extreem kort samengevat, de conclusie van de nieuwe studie If you rise, I fall: Equality is prevented by the misperception that it harms advantaged groups

Een verklaring daarvoor blijkt te zijn dat de rijken een toename van gelijkheid waarnemen als een achteruitgang voor henzelf ook als dat objectief niet het geval is. Ze lijken een nul-som beeld te hebben van de verdeling: als anderen meer toevalt, dan moet dat wel ten koste gaan van wat ik nu heb. 

De onderzoekers noemen in-group favoritism, de neiging tot het bevoordelen van de eigen groep, als een mogelijke verklaring voor zulk gedrag. De rijken zien zichzelf als een groep en die groep moet worden verdedigd tegen bedreigingen. Op dat leerstuk van in-group favoritism is steekhoudende kritiek mogelijk. Zie het bericht De uitspraken van minister Blok sociaalwetenschappelijk bekeken - Politici zouden beter op de hoogte moeten zijn van het sociaalwetenschappelijk onderzoek.

Maar afgezien daarvan, het verklaart ook niet waarom de rijken een achteruitgang voor henzelf waarnemen terwijl die er objectief, zeg in euro's, niet is. Er moet "iets" zijn waarin ze zichzelf er op achteruit vinden gaan en dat zijn geen euro's of materiële middelen.

Wat dat "iets" is ligt voor de hand en het is opvallend dat de onderzoekers dat niet zien: status! Natuurlijk brengt ons dit op het terrein van de statuscompetitie. In een statuscompetitief wereldbeeld is elk verdelingsprobleem een nul-som spel. Wat de een meer krijgt, gaat altijd ten koste van de ander. Het gaat dan niet meer om wat jij objectief hebt, maar om jouw positie in de statushiërarchie. En als anderen daarin stijgen, dan daal jij automatisch. 

Voor rijken voelt het dus dat ze er op achteruitgaan, namelijk in status, als er niet meer gebeurt dan dat armen erop vooruitgaan. Het verschil wordt kleiner! Dat willen ze niet.

Het is dus de neiging tot statuscompetitie die maakt dat rijken zich verzetten tegen meer gelijkheid. En die verklaart dat ze hun middelen inzetten (het Grote Geld) om te verhinderen dat het democratische proces tot grotere gelijkheid zou leiden. Denk aan het bericht Als je de ongelijkheid laat toenemen, dan creëer je rijken die de democratische overheid niet anders kunnen zien dan als een schurk die hun geld wil. 

Vandaar dat democratie en grote ongelijkheid niet kunnen samen gaan. Democratie is de uitingsvorm van onze morele gemeenschapsintuïties van iedereen-telt-mee. Maar grote ongelijkheid verdringt die intuïties en vervangt ze door de statuscompetitie. Anders gezegd, bij grote ongelijkheid ontbreekt het gevoel van gezamenlijkheid dat voor democratie nodig is.

zondag 26 juni 2022

Zondagochtendmuziek - Frieda Belinfante en Henriette Bosmans een epos

Frieda Belinfante (Amsterdam, 1904 - Santa Fé, New Mexico, 1995) was een Nederlands celliste en dirigente. Ze speelde een belangrijke rol in het Amsterdamse kunstenaarsverzet in de Tweede Wereldoorlog en vluchtte in 1944 naar Zwitserland. Na de oorlog emigreerde ze naar de Verenigde Staten, waar ze als een van de allereerste vrouwen een dirigentenloopbaan begon. 

Haar leven is door Toni Boumans opgetekend in het boek Een schitterend vergeten leven. De eeuw van Frieda Belinfante, die ook een documentaire over haar maakte. Beide zijn mede gebaseerd op een lang interview dat Klaus Müller, curator van het Holocaust Memorial Museum, met haar had toen ze 90 jaar was. Hier vertelt Klaus Müller daarover en komt Frieda Belinfante ook zelf aan het woord. (Met dank aan Colette de Groot van MHOOM, die mij opmerkzaam maakte op het boek en die het mij uitleende.)

Frieda hield gemakkelijker van een vrouw dan van een man. Van 1922 tot 1929 had ze een relatie met de componiste Henriëtte Bosmans (1895 - 1952). Van Frieda's optreden als celliste of als dirigente bestaan voor zover ik weet geen opnames. De muziek bij Frieda Belinfante en Henriëtte Bosmans, een epos (hieronder) is van laatstgenoemde: het Gedicht voor cello en orkest uit 1928, uitgevoerd door het Nederlands Kamerorkest onder leiding van Ed Spanjaard en met Dimitri Ferschtmann op de cello.

vrijdag 24 juni 2022

Hoe de democratie zich in de Verenigde Staten op het nippertje wist te handhaven - En hoe de strijd om de democratie altijd doorgaat

Waarom zijn de hoorzittingen van het House Select Committee to Investigate the January 6th Attack on the U.S. Capitol van historisch belang? Lees hier mijn vorige bericht daarover naar aanleiding van de eerste zitting. 

Dat grote historische belang zit er in dat je het allesoverheersende thema van de mensheidsgeschiedenis, dat van de strijd tussen gemeenschap en statuscompetitie, er sterk gecondenseerd in aantreft. 

Een hedendaagse uitingsvorm van die strijd is de strijd om de democratie. Als in een land de democratie gevestigd is, dan is die strijd voor het moment beslist in het voordeel van de morele gemeenschapsintuïties. Het zijn immers die intuïties, die van het iedereen-telt-mee en van het wij-met-zijn-allen, die in de democratie, in het algemeen kiesrecht en in de opdracht tot het vinden van het beste beleid voor iedereen, vorm krijgen. 

En net zo als die gemeenschapsintuïties er zijn om de statuscompetitie bij onszelf en bij anderen te onderdrukken, is de democratie er om diezelfde statuscompetitie buiten de deur van de nationale staat te houden. In een democratie wordt zoals in elke staatsvorm macht uitgeoefend, maar die macht is een vertegenwoordigende en toegekende macht. Die door algemeen kiesrecht en eerlijke verkiezingen is verleend. Op grond van de verkiezingsuitslag wordt een regering gevormd, die door het gekozen parlement gecontroleerd wordt en kan worden weggestemd. Als cruciaal sluitstuk is er de onafhankelijke rechterlijke macht, een erkenning van het inzicht dat er een kern is van die gemeenschapsintuïties, fundamentele gelijkheid voor de wet, waarover niet bij meerderheid moet kunnen worden beslist. Zie ook De democratische rechtsstaat. (En denk ook aan de erkenning van dat inzicht in de vorm van mensenrechtenverdragen tussen democratische nationale staten.)

Dat die democratie niet vanzelfsprekend is en moet worden verdedigd, ligt er aan dat de menselijke sociale natuur ook dat andere patroon kent, dat van de statuscompetitie. Als je gedrag door dat patroon wordt aangestuurd, dan worden status en macht doelen op zich. Alles is er op gericht om in de statuscompetitie zo hoog mogelijk te eindigen. Anderen zijn altijd bedreigend en horen zoveel als mogelijk te worden overheerst en onderdrukt. En naar de mate waarin dat lukt, zullen die anderen zich daarbij neerleggen. De uitingsvorm daarvan is de onderdanigheidsvariant van het statuscompetitiepatroon. Onderdanig gedrag dient om de schade nog zoveel mogelijk te beperken. Niet langer geldt het iedereen-telt-mee.

De democratie wordt dus altijd bedreigd door de aanwezigheid van het statuscompetitiepatroon. Ook als de democratie goed lijkt te functioneren, zijn er altijd degenen die zich er niet bij willen neerleggen en voor wie de gecontroleerde macht van de democratie hoogstens een opstapje is naar de onbeperkte macht van de statushiërarchie.

Die hoorzittingen, waarvan je gisteren de vijfde kon volgen (er komen er meer), geven inzicht in hoe zich dat proces bijna van uur tot uur afspeelde in het geval van de reactie van Donald Trump op zijn verkiezingsnederlaag. Die reactie was stereotiep. Namelijk geheel volgens het gedragspatroon van de ultieme narcist, die immers geen andere wereld kent dan die van de statuscompetitie, die met de onvermijdelijke nederlaag wordt geconfronteerd. Je daarbij neerleggen, zoals we in een democratie verwachten, is ondenkbaar. Lees de weergave die Heather Cox Richardson geeft van die hoorzitting van gisteren: Letters from an American, June 23, 2022.

Alles maar dan ook alles, ook als dat het omverwerpen van de democratie is, moet in het werk worden gesteld om aan de macht te blijven. Nu alweer ruim een jaar geleden schreef ik daarover: De narcistische leider en zijn nederlaag - over Trump en Hitler. (2) Trump en zijn nederlaag, waarbij ik een vergelijking trok met de uiteindelijke nederlaag, niet in een democratie, maar in een oorlog, van Adolf Hitler. Zie (1) Hitler en zijn nederlaag.

Het grote verschil is natuurlijk dat Hitler meteen toen hij aan de macht kwam, de democratie afschafte en ook in staat was dat te doen. Waardoor hij de vrije hand kreeg om zijn extreme statuscompetitieve fantasieën van genocide en Lebensraum te verwerkelijken - tot aan de onvermijdelijke nederlaag.

Daarentegen kwam de nederlaag van Donald Trump er uit voort dat de democratie zich, naar nu blijkt op het nippertje, wist te handhaven. Trump had zijn handlangers, maar daar stonden genoeg anderen tegenover die de democratie verdedigden. Uiteindelijk zijn het de moreel gemotiveerde personen waar de democratie van afhankelijk is. Gisteren werd duidelijk dat de minister van Justitie en anderen op dat departement massaal ontslag hadden genomen als Trump die minister (Jeffrey Rosen) had vervangen door een handlanger (Jeffrey Clark). Heather Cox Richardson doet verslag:

“What have I got to lose?” Trump demanded. In a meeting of more than two and a half hours, Rosen, Donaghue, and all the other lawyers present except Clark warned Trump that there would be mass resignations from the DOJ if he went through with his plan, and that his decimation of the DOJ would overshadow all of his claims about the election. Cipollone called the idea a “murder-suicide pact.” Trump backed down then, but at the Ellipse three days later, he repeated all his debunked claims about the election.

De democratie was dus sterk genoeg. Maar het is duidelijk dat de strijd doorgaat. Want achter Trump stond en staat tot nu toe vrijwel de hele Republikeinse partij. Waarbinnen al heel lang een antidemocratische stroming bestaat, die zich, gesteund door het Grote Geld, nooit bij het iedereen-telt-mee heeft willen neerleggen. Die in een narcistische televisiepersoonlijkheid met politieke ambities een mogelijkheid zag om de eigen achterban te mobiliseren. En voor de rest probeerde en probeert om andere kiezers zoveel mogelijk te ontmoedigen om te gaan stemmen of om hun stem zo weinig mogelijk te laten meetellen. 

Iemand als Trump komt dan van pas. Ook als zijn rol is uitgespeeld en hij, als de democratische rechtsstaat zijn werk doet, wordt veroordeeld en in de gevangenis belandt, kan er zo weer een nieuwe, door Dark Money ondersteunde, narcistische populist opstaan.

De maatschappelijke voorwaarden daarvoor, grote ongelijkheid en bestaansonzekerheid voor velen, zijn nog aanwezig. Niet alleen in de Verenigde Staten trouwens.

maandag 20 juni 2022

Over de wapens in de bijkeuken na de Bevrijding op 15 april 1945. En over ouders als moreel voorbeeld.

Het verhaal over hoe mijn vader (Heit) gedurende de Bezetting (1940 -1945) betrokken raakte bij de hulp aan onderduikers en over hoe een deel van door de Engelsen gedropte wapens bij ons in de bijkeuken belandden (hier het vorige bericht), gaat nog even verder. 

Het moet in de vroege ochtend van 13 december 1944 zijn geweest dat Heit die wapens naast het huis aantrof en ze in de bijkeuken verborg. Daar hebben ze tot 15 april 1945 gelegen, de dag dat Akkrum door de Canadezen werd bevrijd. Hoewel de Duitsers weet hadden van wapendroppings, op zoek waren naar verborgen wapens en die soms, geholpen door verraad, ook vonden, moeten ze er geen enkel benul van hebben gehad dat er ook in een gewoon woonhuis in een gewone straat wapens te vinden zouden kunnen zijn. Ulke Brolsma (Oarloch yn en om Grou, 1940 - 1945) schrijft (p. 92), door mij vertaald uit het Fries:

Er is overal verraad in Friesland. De Duitsers hebben weet van de wapendropping bij Oldeboorn. Wat ze niet weten is waar het verzet de wapens verstopt heeft.Ze zoeken, ze speuren naar wapens, naar onderduikers, naar verzetsmensen.

Zoals ik vertelde, kwamen Duitse soldaten op een dag in de eerste helft van april 1945 wel bij ons aan de deur, maar dat was omdat ze fietsen vorderden. Heit had net het huis verlaten en mijn moeder (Mem) sloot de deuren en verstopte zich met mij (ik was 22 maanden) in de kelder. Het liep gelukkig goed af.

Na 15 april, toen duidelijk was geworden dat de Duitsers waren verdreven, moet Heit, opgelucht, de andere Akkrumer verzetsmensen hebben verteld over de wapens in onze bijkeuken. Die zijn toen gebruikt om NSB'ers en anderen die met de Duitsers collaboreerden te arresteren. Het verzet ging over in de Binnenlandse Strijdkrachten (BS). In de FCE (zie dit vorige bericht) werd een gevangenis geïmproviseerd. Heit moet met een geweer over de schouder door het dorp hebben gelopen. Dat beeld is mij altijd bijgebleven, omdat het niet zo goed paste bij zijn bescheiden en zachtaardige karakter.

Dat de Akkrumer BS wel over wapens beschikte en bijvoorbeeld de BS in het nabijgelegen Grou niet, blijkt ook uit wat Ulke Brolsma (zie hierboven) daarover schrijft. In Grou was verraad gepleegd. Verzetsmensen waren door de Duitsers gemarteld en de daar afgeleverde wapens werden gevonden en in beslag genomen. Na de bevrijding willen de Grousters NSB'ers arresteren, maar dat was zonder wapens wat ongemakkelijk. Brolsma schrijft daarover dat ze een foute en wel gewapende politieagent willen aanhouden en een delegatie naar Akkrum sturen (p. 175, weer door mij uit het Fries vertaald):

Een paar verzetsmensen fietsen daarom die zondagmorgen naar Akkrum om daar bij de afdeling van de BS te bedelen om wapens. Dat mislukt, de Akkrumers hebben wel wat anders aan hun hoofd dan hun wapenbroeders in Grou te helpen.

Uiteindelijk wordt die foute, gewapende, politieagent in Grou in een worstelpartij van zijn pistool ontdaan en aangehouden.

In Akkrum verricht Heit nog een kleine heldendaad door ervoor te zorgen dat de in een lokaal van de FCE opgesloten NSB'ers goed worden behandeld. Die worden bij toerbeurt bewaakt en als het zijn beurt is, treft hij vernederde gevangenen aan die om water smeken. Onderdeel van de wraakoefeningen die landelijk bekend zijn geworden als Bijltjesdag. Heit is verontwaardigd en moet iets hebben gezegd als: Als wij ons nu net als de Duitsers gaan gedragen, waar hebben we dit dan allemaal voor gedaan? Hij zorgt voor water en staat erop dat de gevangenen netjes worden behandeld en dat gebeurt daarna ook.

Het moet een paar jaar later geweest zijn: ik herinner me dat ik met mijn ouders met de trein in Leeuwarden aankom. We lopen over het drukke perron. Een vrouw valt huilend mijn vader om de hals en bedankt hem. "Als u er niet geweest was, dan was het slecht met ons afgelopen," of iets in die trant en uiteraard in het Fries. Het voorval trekt natuurlijk de aandacht. Heit is duidelijk gegeneerd en probeert haar te kalmeren. Ze was een van die gevangenen die hij bewaakte. Ik zal vier of vijf jaar geweest zijn en was diep onder de indruk. Ouders zijn als het goed is voor hun kinderen een moreel voorbeeld. En mijn vader was dat.

zondag 19 juni 2022

Zondagochtendmuziek - Tsjaikovski: Souvenir de Florence - Amsterdam Sinfonietta o.l.v. Candida Thompson...

 

Als je een tijdje in Florence hebt doorgebracht, ook al is het niet de eerste keer, dan blijft die stad daarna nog wel even in je hoofd. Niet alleen vanwege de highlights, maar ook door de osteria, het koffiebarretje en de mercato om de hoek. 

Ook Tchaikovsky bleef na een bezoek in 1890 levendige herinneringen houden en componeerde toen zijn strijksextet 'Souvenir de Florence'. Later bewerkt voor strijkorkest. Hier in het Amsterdamse Concertgebouw uitgevoerd door Amsterdam Sinfonietta onder leiding van Candida Thompson. Met een mooie tango als toegift.

dinsdag 14 juni 2022

Hoe komt het dat we elkaar meestal zo gemakkelijk begrijpen? Over het onderzoek naar spiegelneuronen.

Hoe kan het dat wij elkaar, meestal, zo gemakkelijk begrijpen? Dat we "aanvoelen" hoe iemand zich voelt en wat hij/zij probeert te doen?

Voor de ontdekking van spiegelneuronen dacht ik, en anderen die daarover nadachten, dat het iemand begrijpen een denkproces was, een mentallisatie, een proces van je voorstellen dat je in de positie verkeert van de andere persoon en dan "bedenken" welke gedachten je zou hebben en wat je zou voelen. 

Maar nu weten we dat we zijn toegerust met spiegelneuronen die niet alleen actief zijn, in de premotorcortex, als we zelf gaan handelen, maar ook als we iemand anders een handeling zien uitvoeren. Zonder daar bewust bij stil te staan, spiegelen we de handeling van de ander in onze hersenen, in het spiegelcircuit, waardoor we die handeling zelf ook direct ervaren. We "weten" meteen wat de ander aan het doen is, omdat we dat in ons eigen lichaam ervaren. 

Natuurlijk zijn we ook in staat tot begrip op grond van bewust nadenken, maar dat nadenken is er meestal niet voor nodig. Bedenk ook hoe omslachtig het zou zijn als we altijd maar zouden moeten nadenken over wat een ander aan het doen is en wat zij daarbij voelt. Een sociaal leven zoals wij dat kennen, zou onmogelijk zijn. Zie het bericht Spiegelneuronen, nadenken en intuïtie over de grote betekenis van de ontdekking van spiegelneuronen. 

Spiegelneuronen werden in 1992 ontdekt. Een van de onderzoekers vertelt er hier over. Dat gebeurde in een laboratorium van de Universiteit van Parma in Italië. Zie Understanding motor events: a neurophysiological study

Die ontdekking was zo baanbrekend dar er een lawine van onderzoek door in gang werd gezet. Antonella Tramacere, Telmo Pievani en Pier F. Ferrari gaven daarvan in 2017 een overzicht, met als invalshoek de vraag hoe en wanneer spiegelneuronen in de loop van de evolutie zijn ontstaan: Mirror neurons in the tree of life: mosaic evolution, plasticity and exaptation of sensorimotor matching responses. De tweede van die drie auteurs kwamen we in het vorige bericht tegen, waarin ik vertelde over een bezoek aan Pistoia. De vraag of het meer dan toeval is dat het onderzoek naar spiegelneuronen zo verbonden is met Italië probeer ik maar niet te beantwoorden.

Al dat onderzoek heeft o.a. opgeleverd dat we spiegelneuronen in hersengebieden kunnen lokaliseren (bij makaken, chimpansees, zijdeaapjes, mensen en zangvogels) en dat de werking ervan is aangetoond als het gaat om de waarneming van bewegingen van handen en mond en het horen van stemmen en bij zangvogels van zingen door soortgenoten. Dat laatste wijst erop dat spiegelneuronen in de evolutie waarschijnlijk twee keer onafhankelijk van elkaar zijn ontstaan (convergente evolutie). 

Dat spiegelneuronen zijn ontstaan, moet er wel op wijzen dat de werking ervan evolutionaire voordelen heeft gehad, die wel te maken moeten hebben met communicatie ten behoeve van onderlinge coördinatie en samenwerking. En het doet vermoeden dat ze het verst zijn ontwikkeld bij het groepsdier bij uitstek: mensen. En daarmee een cruciale rol hebben gespeeld in de ontwikkeling van het taalvermogen en van het opvallend grote vermogen tot samenwerking en het coöperatief grootbrengen van kinderen (gemeenschapsgedrag).

zondag 12 juni 2022

Zondagochtendmuziek - Paolo Conte Live Arena di Verona

Italianen houden van het gesproken, en dus ook van het gezongen, woord. Ze komen elkaar graag tegen en zijn meesters in het maken van een praatje. Waar ze dan ook ruim de tijd voor nemen. Ze houden meer van opera's dan van symfonieën. Hun helden zijn zangers. Tito Scipa, Enrico Caruso, Renate Tebaldi, Cecilia Bartoli, Luciano Pavarotti. 

Als er in een koffiebarretje muziek op staat, meestal niet, want de eigen conversatie staat altijd op de eerste plaats, dan hoor je iemand zingen. Vaak een bronzen mannenstem. Met de stem van Paolo Conte (Asti, 1937) vaak als (onbereikbaar) voorbeeld. 

Paolo Conte hield eigenlijk meer van jazz. Ik bezit een goede jazz CD van hem. Maar hij schreef naast zijn advocatenpraktijk liedjes en begon uiteindelijk ook zelf te zingen. Er is een mooie documentaire over hem gemaakt: Via Con Me (It’s Wonderful).

Dit is een optreden uit 2005 in Verona.

 

vrijdag 10 juni 2022

Over het historische belang van de openbare hoorzittingen van het House Select Committee to Investigate the January 6th Attack on the U.S. Capitol

In de Verenigde Staten zijn de openbare hoorzittingen begonnen van het House Select Committee to Investigate the January 6th Attack on the U.S. Capitol. Je kunt de eerste zitting hier in zijn geheel bekijken: Jan. 6 Committee hearings - Day 1 (begint na een kleine zeven minuten). De onvolprezen Heather Cox Richardson vat die eerste zitting samen in haar dagelijkse nieuwsbrief. De kern ervan staat in deze alinea:

Calmly, carefully, convincingly, and in plain, easy to understand language, committee leaders Bennie Thompson (D-MS) and Cheney placed former president Donald Trump at the center of an attempt to overturn our democracy. They were very clear that what happened on January 6 was an attempted coup, an “attempt to undermine the will of the people.” All Americans should remember, they reminded us, that on the morning of January 6, Donald Trump intended to remain president, despite his loss in the 2020 election and his constitutional obligation to step down in favor of President-elect Joseph R. Biden, as every president before him had done.

Deze en de volgende hoorzittingen zullen ongetwijfeld van groot historisch belang zijn. Op de basis van de oeroude morele gemeenschapsintuïties van iedereen-telt-mee en van wij-met-zijn-allen hebben mensen zo ongeveer in de laatste twee eeuwen geprobeerd om in nationale staten democratieën te vestigen. Dat is in veel landen aardig gelukt met de invoering van het algemeen kiesrecht. Op internationaal niveau kwamen er de mensenrechtenverdragen. 

Maar de strijd om de democratie is nog lang niet beslist. Want tegenover die morele gemeenschapsintuïties staat de evenzeer menselijke neiging tot statuscompetitie en dus tot het willen overheersen en onderdrukken. De mensheidsgeschiedenis valt te beschrijven als een uitvloeisel van die innerlijk tegenstrijdige menselijke sociale natuur. Zie In deze cruciale periode hebben we democratie nodig. Maar die wordt bedreigd. De mensheidsgeschiedenis in drie stappen - Deel 1 en volg de links naar de volgende delen.

Het tragische is dat we allemaal beter af zouden zijn in een democratie en met internationaal erkende mensenrechten, dus in een gemeenschapsevenwicht, maar dat onder voorwaarden van grote bestaansonzekerheid het statuscompetitiepatroon kansen krijgt. Foute, narcistische leiders kunnen dan aan de macht komen doordat onveiligheidsgevoelens velen ontvankelijk maken voor hun zogenaamde oplossingen. Alles komt goed als de leider maar oppermachtig genoeg is en als de zogenaamde vijanden maar genoeg worden bestreden, ja, worden geëlimineerd. Het patroon dus van het Hitler-bewind, van de Holocaust. Waarvan we dachten en hoopten dat het historisch uniek zou zijn, maar dat de mensheid als nachtmerrie en als werkelijkheid (Poetin) misschien wel altijd zal blijven vergezellen. 

Essentieel onderdeel van dat foute leiderschapspatroon is dat een foute leider niet in staat is zijn nederlaag te erkennen. Hitler liet doorvechten tot het allerlaatste moment en koos toen voor het onvermijdelijke; de zelfgekozen dood. Voor Trump was de nederlaag er een van het democratisch weggestemd te worden. Maar die nederlaag was niet aanvaardbaar en dus kwam er een poging om de democratie aan de kant te zetten en aan de macht te blijven. Een couppoging dus, waarvan we nu door die hoorzittingen leren hoe die bijna geslaagd was. Zie ook De narcistische leider en zijn nederlaag - over Trump en Hitler. (2) Trump en zijn nederlaag.

Hoe het met de nederlaag van Poetin zal aflopen, dat moeten we nog afwachten.

woensdag 8 juni 2022

Telmo Pievani over de evolutie van de mens - En over een bezoek aan Pistoia

We waren in Italië en reden op een zondagochtend met de gehuurde Fiat Panda eerst door het dal van de Arno en toen over een kronkelig bergweggetje naar Pistoia. Daar kwamen we in de laatste dag van de driedaagse Dialoghi di Pistoia terecht. 

Drie dagen met lezingen verspreid over locaties in de stad over allerlei onderwerpen, met als overkoepelend thema: Narrare humanum est. La vita come intreccio di storie e immaginari (Vertellen is menselijk. Het leven als verstrengeling van verhalen en beelden).

We liepen naar het Piazza del Duomo en daar werd in een grote tent een lezing gegeven. Alle zitplaatsen waren bezet en er stonden mensen langs de kanten. Op het podium zat de spreker achter een tafeltje. Er werd geconcentreerd geluisterd. Er was alleen het gesproken woord, geen powerpoints en geen filmpjes. Uit het programma maakte ik op dat hier Telmo Pievani aan het woord was over L’evoluzione umana: un cambiamento di narrazione (De evolutie van de mens: een verandering van het verhaal).

Ik vond naderhand op de website de samenvatting van de lezing, die door google translate wordt vertaald als:

Menselijke evolutie is een geweldig verhaal dat ons vaak heeft gefascineerd met zijn illusies van vooruitgang, lineariteit, noodzaak. De gevaarlijkste fout is achteraf het verleden reconstrueren om het heden te rechtvaardigen, alsof het de enige mogelijke is. Tegenwoordig is het verhaal radicaal veranderd, dankzij nieuw en verrassend wetenschappelijk bewijs. We hebben geleerd ons verleden te vertellen in termen van diversiteit, contingentie, meervoudige vertakkingen, migraties. Onze soort was zeker niet de voorbestemde. Tot een paar tienduizenden jaren geleden bestond het naast andere menselijke vormen en daarna overheerste het om nog nader te bepalen redenen. We zijn een creatieve en invasieve soort tegelijk. Het overwinnen van het verhaal van vooruitgang betekent ook een heroverweging van de manier waarop we de menselijke diversiteit van vandaag opvatten. Maar waarom heeft de menselijke geest zo'n sterke aanleg voor verhalen? Wat als ons late en toevallige evolutionaire succes op de een of andere manier ook afhing van ons vermogen om verhalen te vertellen?

Toen de lezing was afgelopen, klonk er een lang, klaterend applaus. En er ontstond een lange rij bij de boekentent, waar de spreker zijn laatste boek signeerde. De indruk ontstond dat Telmo Pievani in Italië grote bekendheid geniet.

Maar ik had nog niet eerder van hem gehoord. Hij is hoogleraar aan de Universiteit van Padua in de filosofie van de biologische wetenschappen. Uit zijn website wordt duidelijk dat hij niet alleen veel over evolutie heeft geschreven, maar ook over wetenschapscommunicatie. Ook is hij auteur van kinderboeken en van "wetenschappelijke theatervoorstellingen". En hij is columnist van Il Corriere della Sera, het grootste Italiaanse dagblad.

Ik ging natuurlijk te rade bij zijn (indrukwekkende) lijst van wetenschappelijke publicaties. Op sommige daarvan kom ik nog een keer terug. Hier het vervolg.