dinsdag 19 april 2016

Over vertrouwdheid en het verschil tussen een ultimate en een proximate verklaring - Een biologische antropologie van de Bijbel - 9

In het hoofdstuk van Het oerboek van de mens waarin Carel van Schaik en Kai Michel een evolutionair geïnspireerde verklaring geven voor die merkwaardige obsessie met stambomen die we in Genesis tegenkomen, tref je deze passage aan:
In de kleine groepen van jagers-verzamelaars waren er drie mechanismen die een garantie vormden voor altruïstisch gedrag: verwantschap ('als ik mijn familie help, help ik kopieën van mijn eigen genen'), wederkerigheid ('voor wat, hoort wat') en indirecte wederkerigheid ('ik help diegenen van wie ik weet dat ze ook anderen helpen - en draag zo bij aan mijn eigen reputatie, zodat anderen mij weer helpen').
En dat is een passage die om opheldering vraagt. Want Van Schaik en Michel presenteren hier drie ultimate verklarende mechanismen voor altruïsme (of pro-sociaal gedrag) alsof het proximate verklaringen zijn.

Wat is het verschil tussen ultimate (ongeveer: uiteindelijke) en proximate (ongeveer: dichtbije) verklaringen?  Daarvoor kunnen we even teruggaan naar het bericht "Wij samen" maakt pro-socialer - Pro-sociaal gedrag en sociale omgeving (13), waarin ik dit citaat aanhaalde:
Kort gezegd gaan uiteindelijke verklaringen over waardoor een gedrag bestaat en gaan proximate verklaringen over hoe een gedrag werkt.
Iets uitgebreider: een ultimate verklaring geeft een antwoord op de vraag hoe een bepaald gedragspatroon in de evolutie heeft kunnen ontstaan. En vertelt ons dus hoe dat gedrag in het verleden meer heeft bijgedragen aan overleving en voortplanting dan mogelijke alternatieve patronen.

Daarentegen vertelt een proximate verklaring iets over de situaties waarin dat gedrag optreedt. Waarin het wordt getriggerd.

Ter illustratie: er is een ultimate verklaring voor seks, die inhoudt dat ons seksuele gedrag er is omdat het in het verleden bijdroeg aan evolutionair succes. Maar de proximate verklaring voor een seksuele handeling is dat er zich een situatie voordoet die daartoe triggert. Een romantisch samenzijn. Of het bekijken van porno. Alles wat onhandig onder woorden gebracht, maar u begrijpt wat ik bedoel.

Welnu, verwantschap en (indirecte) wederkerigheid zijn typisch ultimate verklarende mechanismen voor pro-sociaal gedrag. En vertellen ons dus niet hoe precies dat pro-sociale gedrag in die jagers-verzamelaarsgroepen tot stand kwam. Want jagers-verzamelaars waren niet bijzonder in verwantschap geïnteresseerd. Het maakte hen niet veel uit, ook al omdat vaak niet precies duidelijk was wie de vader was.

Ook waren ze niet berekenend in hun onderlinge gedrag, in de zin dat ze niet of nauwelijks bijhielden of er tegenover een dienst wel een wederdienst stond. Omdat meestal iedereen hielp als dat nodig was, hoefde je daar niet zo op te letten.

Nee, de proximate verklaring voor het pro-sociale gedrag was veel meer de omstandigheid dat er tussen alle groepsleden een grote mate van vertrouwdheid bestond. Je groeide in die groep op en leerde bij het opgroeien dat samenwerking en delen vanzelfsprekend waren.  Je wist niet beter dan dat je de mensen met wie je vertrouwd was, bijstond als dat nodig was. Net zo als je dat van hen verwachtte als jij hulp nodig had. Ga ook nog even weer terug naar het bericht Berust wederkerigheid op vertrouwdheid of op berekening?

Die vertrouwdheid, daar ging het om. (Update. En omdat verwantschap en vertrouwdheid sterk samenhingen, veel vertrouwden waren ook verwanten, kon pro-sociaal gedrag tussen vertrouwden dus evolutionair versterkt worden. Net zo werd de neiging om vertrouwden te helpen evolutionair aan volgende generaties doorgegeven, omdat vertrouwdheid altijd tweezijdig is.)

En precies die vertrouwdheid, die werd precair in de veel anoniemere landbouwsamenlevingen. Pro-sociaal gedrag werd niet meer als vanzelf getriggerd, omdat je ook vaak onder vreemden verkeerde. Waardoor voortdurend conflicten, chaos, competitie en geweld op de loer lagen. En dat gaf aanleiding tot al die Bijbelverhalen, in het bijzonder tot die obsessie met stambomen, waar het in het vorige bericht over ging.

Wie verdiende jouw hulp en bijstand wie niet? Om die vragen te beantwoorden, vonden mensen verwantschap uit als richtlijn. Inderdaad, een uitvinding.

Maar ook fictieve verwantschap, omdat er voor een vreedzame samenleving meer pro-sociaal gedrag nodig was dan alleen tussen verwanten. Van Schaik en Michel:
De Bijbel simuleert één grote familie en vervangt anonimiteit door een uit een gezamenlijk verleden voortkomende vertrouwdheid.
Precies! Het gaat om die vertrouwdheid. Liever de echte, maar als het niet anders kan, dan maar een geconstrueerde.

Geen opmerkingen: