donderdag 22 augustus 2019

Dat wij er moeite mee hebben om holistisch te denken zou kunnen liggen aan de sociale vluchtigheid waarin we opgroeien

Als leden van een fundamenteel sociale diersoort zijn we in de meeste Westerse landen, zoals Europa en Noord-Amerika, terechtgekomen in samenlevingen met een hoge mate van sociale vluchtigheid. Die brengt een individualistische cultuur met zich mee, waarin mensen zichzelf zien als autonome en onafhankelijke individuen met wisselende relaties.

Daartegenover vind je in Oost-Aziatische landen nog meer een collectivistische cultuur, waarin mensen zichzelf meer zien als onderdeel van een stabiel geheel van onderling afhankelijke relaties.

Van die twee lijken de meer collectivistische culturen meer overeen te komen met de Paleo Sociale Omgeving waarin de mensheid verreweg het grootste deel van zijn bestaan heeft doorgebracht.

Dat roept de vraag op wat het voor mensen betekent om op te groeien en het leven door te brengen in de meer individualistische cultuur van de meeste Westerse landen. Het bericht Over de uitdagingen van de sociale vluchtigheid ging over onderzoek dat daar een antwoord op gaf. Hieronder het lijstje dat in dat bericht voorkomt:
  • Onder condities van sociale stabiliteit moet je leren om om te gaan met anderen die je misschien niet zo goed liggen. In een sociaal vluchtige omgeving hoeft dat niet, omdat je de relatie gemakkelijker kunt beëindigen.
  • Daardoor zullen mensen onder condities van sociale vluchtigheid meer relaties hebben met anderen die op hen lijken. Want er kan gelden: soort zoekt soort. Bij sociale stabiliteit zullen mensen meer de vaardigheid hebben ontwikkeld om met andersoortigen om te gaan.
  • Bij sociale vluchtigheid is een relatie dus altijd minder vanzelfsprekend dan bij sociale stabiliteit. Omdat je van jezelf en van elkaar weet dat er mogelijke alternatieven bestaan.
  • Bij sociale vluchtigheid zijn mensen er meer op gericht om een bestaande aantrekkelijke relatie in stand te houden door de ander meer te ondersteunen en zo te proberen om voor de ander onmisbaar te zijn. Dit verklaart dat vrienden in individualistische culturen meer steun uitwisselen dan vrienden in collectivistische culturen.
  • Bij sociale vluchtigheid zijn mensen in hun zoektocht naar relaties meer bereid om meer van zichzelf te onthullen dan bij sociale stabiliteit. Anders gezegd, onder condities van sociale vluchtigheid is zelfonthulling (self-disclosure) een signaal dat je de relatie op prijs stelt en wilt behouden. Bij sociale stabiliteit heb je dat signaal niet nodig.
  • Onder condities van sociale vluchtigheid speelt romantische liefde een grotere rol, als een soort signaal (commitment device) van gebondenheid. Bij sociale stabiliteit is dat signaal minder nodig.
Nieuw onderzoek maakt het mogelijk om dat lijstje uit te breiden. Het gaat om de studie Relational Mobility and Cultural Differences in Analytic and Holistic Thinking, waarin de onderzoekers laten zien dat sociale vluchtigheid meer aanzet tot de analytische en sociale stabiliteit tot de meer holistische denkstijl. 

Je hebt een meer analytische denkstijl als je aandacht meer uitgaat naar individuele objecten los van hun omgeving (context) en daarmee samenhangend meer naar objecten kijkt als geïsoleerd van elkaar. 

Daartegenover denk je meer holistisch als je objecten ziet als onderling overlappend en ingebed in hun omgeving, waardoor je meer bent gespitst op onderlinge verbanden en op het deel zijn van een groter geheel.

En een deel van dat onderscheid lijkt verklaard te kunnen worden door het bekende verschil in de locus of control, dat wel vertaald wordt met beheersingsoriëntatie. Sociale vluchtigheid blijkt meer samen te gaan met een interne beheersingsoriëntatie, dat wil zeggen met de neiging om oorzaken van gedrag meer in de persoon zelf te zoeken. Terwijl sociale stabiliteit samengaat met de neiging om die oorzaken meer in de omgeving en in de omstandigheden te zoeken.

Dat komt er dus op neer dat het bekende verschil tussen individualistische en collectivistische culturen voor een deel verklaard kan worden door het verschil in de mate van sociale vluchtigheid (versus sociale stabiliteit) en dat dat verschil in de mate van sociale vluchtigheid deels het verschil in de mate van analytisch denken (versus holistisch denken) verklaart. En dat laatste verloopt deels via die meer interne (dan wel externe) beheersingsoriëntatie. 

En dat wijst tenslotte op het grote belang van sociale vluchtigheid versus sociale stabiliteit voor hoe mensen naar zichzelf en naar anderen kijken en voor hun manier van denken en kijken naar de wereld (analytisch versus holistisch).

Ik vraag me wel eens af of dat grote belang van een nogal fundamenteel sociaalwetenschappelijk inzicht wel voldoende onder ogen wordt gezien.

Geen opmerkingen: