We leven in een maatschappij waarin bijna iedereen betaald werk moet verrichten om aan de kost te komen. Die toestand bestaat nog niet zo lang en we zijn dus nog bezig met uit te vinden hoe goed mensen overweg kunnen met dat sociale domein van het betaalde werk. Met de meestal hiërarchische organisaties waarin mensen dan terecht komen. En met de sociale omstandigheden van de werksituatie. Zo weten we dat het hebben van betaald werk (versus werkloosheid) bijdraagt aan ons welzijn, maar ook dat we het werk als activiteit gemiddeld bepaald niet als aangenaam ervaren. Zie Verhoogt werk ons welzijn? Ja en nee.
Dat de activiteit van het betaalde werk ons zo weinig gelukkig maakt, kan te maken hebben met de sociale omgeving die we op de werkplek aantreffen. Zo is bekend dat veel onvrede en ziekteverzuim voortkomt uit slechte relaties met leidinggevenden en met collega's (pesten op het werk).
Maar er zijn ook functies waar je veel omgang hebt met vreemden, in rollen als die van cliënt, klant en patiënt. Het gaat dan om functies als bij de politie, de gezondheidszorg, de jeugdzorg, de thuiszorg en de persoonlijke dienstverlening in het algemeen. In ons persoonlijke leven, buiten het werk, hebben we niet veel omgang met vreemden en hebben we bovendien de vrijheid om die omgang naar eigen goeddunken te doseren. Dat kan dus op het werk heel anders liggen. Contacten met vreemden kunnen daar onvermijdelijk zijn, ze horen bij het werk. Hoe goed kunnen mensen daar mee omgaan? Kan het een bron zijn van stress en ziekteverzuim?
De nieuwe studie Hell Is Other People? Gender and Interactions with Strangers in the Workplace Influence a Person’s Risk of Depression wijst inderdaad in die richting. De onderzoekers hadden een groot databestand in Duitsland tot hun beschikking van mensen met een ziektewetuitkering. En ze konden laten zien wat het uitoefenen van een functie waarin je veel contacten met vreemden hebt, uitmaakt voor de kans dat je ziek thuis zit met de diagnose depressie. Het gaat dus om degenen die ook echt van een dokter die diagnose hebben gekregen, uiteraard een veel beperktere groep dan die van mensen met klachten van depressieve aard. In het databestand had 6,8 procent (76563 personen) die diagnose depressie gekregen.
Het blijkt dan dat de kans om die diagnose te krijgen groter is voor functies met veel contacten met vreemden. Maar: dat geldt alleen voor mannen. Sterker: bij vrouwen ligt het andersom: hoe meer contacten met vreemden ze hebben, hoe kleiner de kans op depressie. Zie de Figuur.
Dat man/vrouw verschil wijst er op dat je wel met het zogenaamde selectie-effect rekening moet houden. Dat effect houdt in dat mensen het soort werk proberen te vinden dat het beste bij hen past. De onderzoekers noemen onderzoek dat laat zien dat vrouwen functioneler met emoties kunnen omgaan dan mannen en dat kan verklaren dat ze beter zijn in het omgaan met vreemden. Vandaar dat vrouwen meer dan mannen in functies te vinden zijn waarin ze met mensen moeten omgaan.
Als je bedenkt dat dat selectie-effect ook werkzaam is binnen de groep mannen, dan maakt dat het gevonden verband nog sterker. Ondanks dat die mannen die graag omgaan met mensen het meeste kiezen voor functies waarin ze veel met vreemden omgaan, is het toch nog zo dat die mannen een grotere kans hebben op depressie. Het zegt iets over de grootte van de last van het omgaan met vreemden - voor mannen.
Overigens, van alle depressiediagnoses in dit bestand kwam de meerderheid (64 procent) terecht bij de vrouwen, die maar 36 procent van het bestand uitmaakten. De kans dat werk depressief maakt is groter voor vrouwen dan voor mannen, wat er op wijst dat werk over het geheel genomen nog steeds een mannenwereld is.
Tenslotte, voor zowel mannen als vrouwen gold dat het veel te maken hebben met conflictueuze contacten de kans op depressie verhoogde. Of we nu man of vrouw zijn, we houden er niet van om bij voortduring conflicten te moeten uitvechten. We houden van harmonie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten