Eerder besliste de Centrale Raad van Beroep dat het UWV een veel te hoge boete had opgelegd aan iemand die een verandering in zijn situatie te laat had gemeld. Naar aanleiding daarvan heeft het UWV nu de boetes opgeschort. Zie het bericht in Trouw van vandaag.
Als je kennis neemt van voorbeelden van bizarre toekenningen van boetes, dan schrik je behoorlijk. Neem de drie gevallen waar Trouw melding van maakt:
'Ik word als een crimineel behandeld'
Na 42 jaar werken raakt mijnheer Smetsers zijn baan kwijt en meldt zich voor een uitkering bij het UWV. Al snel vindt hij werk bij de bezorgdienst van een apotheek. Hij geeft dit door op de website van het UWV, maar weet nog niet hoeveel uren hij gaat werken en meldt ook dat. Hij belt ook nog twee keer met het UWV en krijgt te horen dat alles wordt verrekend met zijn uitkering. Vervolgens krijgt hij een boete van 1700 euro. Omdat Smetsers aantoont dat hij heeft gemeld dat hij werkt, wordt de boete verlaagd naar 440 euro. "Ik bied aan om terug te betalen, maar word als een crimineel behandeld."
'Er is gewoon niets met mijn formulier gedaan'
Meneer Gaal vindt een baan en meldt dat onmiddellijk bij de sociale dienst. De bijstandsuitkering wordt nog een paar maanden doorbetaald. Hij meldt nogmaals dat hij werk heeft gevonden en reserveert het te veel ontvangen bedrag. Plotseling valt er een acceptgiro op de deurmat met een bedrag dat veel hoger is dan een paar maanden uitkering. Het bedrag is verhoogd met een boete van 100 procent. De heer Gaal: "Degene die mijn dossier behandelde, is inmiddels weg. Er zijn acht mensen betrokken bij mijn dossier. In een gesprek met de sociale dienst voel ik mij overrompeld. Het leek wel een verhoor. Ik heb een formulier ingevuld en er is gewoon niets mee gedaan."
'We dachten persoonlijk te gaan praten'Hoe kunnen zulke dingen gebeuren? Je kunt redeneren dat mensen de inlichtingenplicht niet zijn nagekomen. Die plicht is geregeld in de Wet aanscherping handhaving en sancties SZW-wetten, die sinds 1 januari 2013 van kracht is. Met een negatief advies van de Raad van State, die de omvang van de fraude niet zodanig vond dat er zulke hoge straffen zouden moeten worden opgelegd.
Een vrouw heeft een flexibel contract en vraagt per e-mail aan het UWV of zij moet blijven solliciteren. Ja, dat moet, laat het UWV weten. Maar wat de regels zijn, is mevrouw Van Vliet niet helemaal duidelijk en zij vraagt, samen met haar man, een persoonlijk gesprek aan. In dat onderhoud vertelt zij dat zij inmiddels een aantal uren heeft gewerkt. Het UWV laat weten dat zij dat binnen zeven dagen had moeten melden, dat er inmiddels tien zijn verstreken en legt een boete op van 150 euro. Haar man: "Wij dachten er goed aan te doen persoonlijk te gaan praten. Wij waren ons van geen kwaad bewust."
Opvallend is dat de waarborgen in het strafrecht hoger zijn dan in het bestuursrecht, waar deze wet onderdeel van is. In het strafrecht moet kwade opzet worden aangetoond. Maar in deze Fraudewet moet de uitkeringsgerechtigde aantonen dat hij het niet zo bedoelde, dat zijn nalatigheid niet of verminderd verwijtbaar is. Wat is er met onze politici aan de hand dat ze zo een wet hebben aangenomen?
Maar ook kun je je natuurlijk afvragen wat er met die ambtenaren aan de hand is die die bizarre boetes opleggen. Geldt misschien voor hen net als voor de bankiers dat ze onderhevig zijn aan een cultuur op het werk die maakt dat zulk gedrag als vanzelfsprekend wordt gezien? Want waarom hebben ze niet geprotesteerd? Of veel meer de randen van de wet opgezocht?
We hebben gezien dat een cultuur van bedrog in de bankensector is gaan heersen. Zie Bankiers zijn, als bankiers, oneerlijk - Dat wijst op een bankencultuur van bedrog. Wat ze in het gewone leven niet zouden doen, dat werd op de werkvloer vanzelfsprekend.
Is er ook zoiets aan de hand met de ambtenaren bij die uitkeringsinstanties? Is daar een cultuur van vernedering gaan heersen? In de hand gewerkt door populistische politici die zo graag daadkracht willen uitstralen en fraude "keihard willen aanpakken"?
Dat zou wel eens een uitvloeisel kunnen zijn van een algemenere golf van minachting voor en neerkijken op de onderkant van de samenleving. Zijn we al in een maatschappij verzeild geraakt waarin je het wel kunt vergeten als je pech hebt of waarin je niet zo goed kunt meekomen? En waarin je moet dulden door anderen te worden vernederd? Een maatschappij dus waarin de statuscompetitie het heeft gewonnen van de gemeenschap?
1 opmerking:
Goed stukje. Het is duidelijk dat in het kader van de populisten die 'daadkracht' prediken de uitkeringsgerechtigde aan de schandpaal genageld moet worden. De sfeer is gaan heersen dat deze zich moet schamen en blij moet zijn met het feit dat hij/zij nog een centje toegestopt krijgt. Maar daarvoor moet hij wel door het stof kruipen.
Een kwalijke zaak. Als dit de manier is waarop de noodzakelijke solidariteit moet worden afgedwongen mag je je afvragen of het middel niet erger is dan de kwaal.
Een reactie posten