Het is vandaag 4 mei 2021. Ik ben geboren op 3 juni 1943 (in Akkrum, Friesland) en was dus tijdens de bevrijding op 5 mei op een maand na twee jaar oud. Dat is om en nabij de leeftijd dat je zelfbewustzijn zich heeft ontwikkeld en dat de periode van de childhood amnesia eindigt, de periode dus waarover je geen herinneringen kunt hebben. Zie Het ontstaan van zelfbewustzijn bij kinderen en de vroegste herinnering.
Ik heb een herinnering aan een gebeurtenis die zich half april 1945 heeft afgespeeld. Ik ben ruim 22 maanden oud en zit op de vloer in de woonkamer. De schuifdeuren naar de achterkamer staan open. Dat klopt met de tijd van het jaar, want in de winter waren die gesloten en woonden we in de (verwarmde) achterkamer. Ik blaas door een kammetje dat gewikkeld is in een vloeipapiertje. Ik "maak muziek". Mijn moeder (Trijntje Nieuwland, 1911 - 1996) komt binnen en zegt tegen me: "We hebben je gehoord." Daar bedoelt ze mee dat ze bij de buren vandaan komt en dat ze mij door de (dunne) muur heen hebben horen "muziek maken".
Waarom liet mijn moeder ("Mem") mij alleen, al was dat misschien maar voor een paar minuten? Ze was een heel zorgzame moeder. Ik zal als regel gewoon zijn meegenomen bij het buurten. Dat ik mij dit herinner, komt waarschijnlijk doordat het zo uitzonderlijk was.
Pas veel later, toen Mem al was overleden en ik een leeftijd bereikt had waarop je meer over vroeger gaat nadenken, heb ik gereconstrueerd wat er vlak daarvoor gebeurd was. Mem had mijn vader ("Heit") na gewuifd toen die de straat uitliep om een dag met vrienden te gaan vissen. Op dat moment kwamen Duitse soldaten de straat binnen en begonnen huis aan huis fietsen te vorderen. Ze waren gedesorganiseerd, hadden weinig materieel meer en wilden zich snel uit de voeten kunnen maken als dat nodig was. Heit (Hendrik de Vos, 1907 - 1998) was doorgelopen omdat hij bang was zich verdacht te maken als hij plotsklaps op zijn schreden zou terugkeren.
Die vordering van fietsen is gedocumenteerd. Hessel Bouma maakt er gewag van in het hoofdstuk 5 (De wapens) van zijn Droppingveld Wardrobe. Wapens in De Deelen. 4-mei comité Akkrum-Aldeboarn, z.j.. Een groep Duitse soldaten bliezen op 13 april bruggen op in Oldeboorn en Nij Beets om de opmars van de geallieerden te bemoeilijken. Hessel Bouma schrijft (p. 24): "Op de terugweg naar Akkrum stelen ze nog fietsen."
Mem raakte denk ik wat in paniek. Ze deed de deuren op slot en nam mij mee naar de kelder. Daar zal ze toen de Duitsers bij ons huis aankwamen, misschien haar hand voor mijn mond hebben gehouden. Ik heb een herinnering aan het door het kelderraam zien voorbijkomen van soldatenlaarzen. Een Duitse soldaat zal achterom zijn gelopen, aan de gesloten achterdeur hebben gerammeld, door de ramen naar binnen hebben gekeken en weer zijn teruggelopen. Het was in die tijd niet gewoon dat ergens niemand thuis was, maar hij zal het zo gelaten hebben.
Mem zal lang gewacht hebben tot ze dacht dat de kust wel veilig was, nam mij weer mee naar boven en posteerde mij in de woonkamer met dat kammetje. Ze moest even alleen naar "buurvrouw De Leeuw" (jazeker, de familie De Vos en de familie De Leeuw woonden naast elkaar) om haar emoties van zich af te praten. (Hoewel zulke woorden toen nooit werden gebruikt.) Buurvrouw De Leeuw was voor haar een soort tweede moeder, nadat ze al vrij jong haar eigen moeder had verloren.
Waarom liep Heit niet gewoon terug toen hij die Duitse soldaten zag? Waarom wilde hij geen argwaan wekken? En waarom raakte mijn moeder in paniek en verstopte ze zich met mij in de kelder? Ze had ook gewoon die soldaat kunnen laten zien dat er in huis geen fietsen waren. Wat zo was, want die waren al eerder ingevorderd.
Het had er mee te maken dat er in de bijkeuken, wat wij "het hok" noemden, onder de vuile was, of onder de steenkool, de verhalen verschillen, wapens verborgen lagen. In de maanden daar voor waren er in Friesland vanuit Engeland op verschillende plekken wapendroppings geweest, ten behoeve van het verzet en de Binnenlandse Strijdkrachten. De Duitsers waren daar natuurlijk van op de hoogte en waren op zoek naar die wapens. Als die bij jou gevonden werden, dan liep dat niet goed af.
Maar hoe kwamen die wapens bij ons in het hok terecht?
Daarover in het volgende bericht. Ik merk dat ik het opschrijven van dit verhaal, hoe klein het ook is (petite histoire) in vergelijking met de vele gruwelijke gebeurtenissen in de oorlog, wat in stukjes moet hakken. Toch lijkt het me goed om het te vertellen, als kleine bijdrage aan het vervolledigen van de geschiedschrijving van het Friese verzet tijdens de Duitse bezetting. En het is natuurlijk ook sociaalwetenschappelijk interessant. Wordt dus vervolgd. Hier het vervolg.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten