donderdag 11 april 2024

Het klopt dat de democratie van bovenaf wordt bedreigd en niet van onderop

Klopt het dat de democratie van bovenaf wordt bedreigd en niet van onderop? 

Ik zag een fragment van een Tweede Kamerdebat voorbijkomen, waarin Laurens Dassen, fractievoorzitter van Volt, die stelling innam in antwoord op een interruptie van Caroline van der Plas van BBB, die hem verweet dat hij de kiezers van de PVV en BBB niet serieus nam. Dassen betoogde kennelijk dat je de de antidemocratische en antirechtsstatelijke opvattingen vooral aantreft bij de politieke voormannen en -vrouwen en veel minder bij hun kiezers. 

Van PVV-kiezers weten we weliswaar dat ze hoger dan gemiddeld scoren op de Sociale Dominantie Oriëntatie, maar ze zouden dus tegelijkertijd minder dan Geert Wilders zelf antidemocratische en antirechtsstatelijke opvattingen hebben. (Ik denk even aan die ene PVV-stemmer die werd geïnterviewd en die vertelde dat hij Wilders had gestemd omdat die "zegt waar het op staat" en juist niet vanwege "dat rechts-extremisme".)

Nu is het niet gebruikelijk dat politici hun beweringen altijd meteen onderbouwen met verwijzingen naar wetenschappelijk onderzoek. Maar het had gekund dat Dassen zich baseerde op de recent verschenen studie Uncommon and nonpartisan: Antidemocratic attitudes in the American public

Daaruit blijkt namelijk dat, althans voor de Amerikaanse politiek, de antidemocratische opvattingen van de Republikeinse politici slechts door een kleine minderheid van hun kiezers gedeeld worden. De Republikeinse partij is zoals bekend overgenomen door Donald Trump, die de uitslag van de presidentsverkiezingen van 2020 niet erkent, die de Grondwet buiten werking wil stellen, die de rechterlijke macht aanvalt en die aankondigt dat hij dictator zal zijn en dat hij wraak zal nemen op zijn tegenstanders mocht hij herkozen worden. En een groot deel van de Republikeinse politici scharen zich achter Trump.

Maar ondervraging van Republikeinse kiezers wijst uit dat ze in overweldigende meerderheid de democratie aanhangen en daarin niet of nauwelijks afwijken van kiezers op de Democraten. Van kiezers van beide partijen zijn het slechts kleine minderheden, grofweg tussen 10 en 20 procent, die

  • het er mee eens zijn dat het aantal stembureaus in districten met de meeste kiezers op de andere partij verminderd wordt
  • meer loyaal zijn met hun eigen partij dan met de verkiezingsprocedures en met de Grondwet
  • vinden dat uitspraken van rechters die benoemd zijn door een president van de andere partij genegeerd mogen worden
  • vinden dat de overheid media mag censureren die vooral de eigen partij aanvallen.

Nagenoeg het enige onderscheid dat werd gevonden was dat Republikeinen meer dan Democraten geneigd zijn loyaler te zijn met hun eigen partij dan met de Grondwet (5,2 procent verschil). 

Er is kortom onder de kiezers een overweldigende meerderheid voor het handhaven van de democratie. Ook bij de Republikeinse kiezers, terwijl juist die partij onder hun voorman Donald Trump aankondigt de democratie overboord te willen zetten. 

Er is dus, tot nu toe, geen aanwijzing dat de Republikeinse kiezers hun voorman volgen. Als ze in november al op Trump gaan stemmen, dan is dat niet vanwege zijn antidemocratische opvattingen. 

De onderzoekers besluiten met:

Our results suggest that we do not need to convince the public to value democracy, but we do need to convince Americans to take into account their commitment to democracy in the ballot box. If elites can be made more responsive to the attitudes of the public, proponents of democracy will have grounds for cautious optimism.

Kortom, duidelijke aanwijzingen dat de democratie bedreigd wordt van bovenaf, niet van onderop. Laurens Dassen had gelijk.

Dat zou dus heel goed ook voor Nederland kunnen gelden. 

Meer in het algemeen, mensen zijn er in grote getale van overtuigd dat het een goed idee is om de morele gemeenschapsintuïties van het iedereen-telt-mee op het niveau van de nationale staat vorm te geven in de instituties van de democratie en de rechtsstaat. 

Tegenstanders van dat iedereen-telt-mee mogen opvallend actief zijn in de politiek en aandacht krijgen in de media, en mogen zelfs verkiezingen "winnen",  dat wil geenszins zeggen dat ze daarbij gedragen worden door grote groepen kiezers.

Geen opmerkingen: