Medewerkers van het Trimbos-instituut hebben een studie gedaan naar het verband tussen werkomstandigheden en psychische aandoeningen. Het gaat om de studie The association between type and number of adverse working conditions and mental health during a time of economic crisis (2010–2012) (betaalpoort). Het Trimbos-instituut wijdt er vandaag een bericht aan. Het gaat om resultaten van een grootschalig epidemiologisch onderzoek, de Netherlands Mental Health Survey and Incidence Study-2.
De onderzoekers keken naar vier kenmerken van de werkomstandigheden die zouden kunnen bijdragen aan de kans op psychische aandoeningen: een gebrek aan autonomie, psychische belasting, baanonzekerheid en gebrek aan sociale steun op het werk.
Werknemers met lage scores op tenminste drie van deze vier kenmerken werden gekarakteriseerd als degenen met een lage kwaliteit-baan. Zeg maar, met een rotbaan. Als je die mensen vergelijkt met degenen die op geen van de kenmerken laag scoorden, dan hebben ze een 3 tot 5 maal hogere kans op een psychische aandoening. Dat wil zeggen op oftewel een stemmingsstoornis (zoals depressie), een angststoornis of drugs- of alcoholafhankelijkheid.
Een rotbaan blijkt dus ook echt een rotbaan te zijn. Dat blijkt er ook uit dat het hebben van een rotbaan wat de kans op een psychische aandoening betreft vergelijkbaar blijkt te zijn met werkloos zijn of arbeidsongeschikt. Dat bevestigt maar weer dat het hebben van werk goed voor je is, maar dat dat niet zomaar geldt voor het werk zelf. Zie Verhoogt werk ons welzijn? Ja en nee.
Daarnaast valt in de resultaten vooral ook op dat van die vier baankenmerken de mate van baanonzekerheid het sterkste effect heeft op de kans op psychische aandoeningen. Werknemers met een hoge mate van baanonzekerheid hadden een 2 maal zo grote kans op elk van die drie psychische aandoeningen.
Je zou zeggen, dat pleit ervoor om terughoudend te zijn in het steeds maar flexibeler maken van de arbeidsmarkt. Mensen hebben nu eenmaal een sterke behoefte aan bestaanszekerheid en het zou goed zijn om daar in de inrichting van onze economie en arbeidsmarkt rekening mee te houden. En uiteraard pleit het er voor om een macro-economisch beleid te voeren dat gericht is op volledige werkgelegenheid.
Maar het valt op dat de onderzoekers geen aanbevelingen in die richting doen. Geheel en al in de lijn van de trend van symptoombestrijding, pleiten ze er voor dat werknemers moet worden geleerd om beter met baanonzekerheid om te gaan. Ik moest uiteraard meteen terugdenken aan het bericht Zoveel symptoombestrijding! Naar aanleiding van Rutger Bregman over de Week van de Werkstress. En verder commentaar hoeft dan eigenlijk niet meer.
Voor het overige liggen de resultaten in dezelfde lijn van de eerdere berichten Is flexibilisering van de arbeidsmarkt een goed idee? en Sociaal-economische statusverschillen en baanonzekerheid. En niet te vergeten Een baan met meer autonomie geeft minder kans op burn-out.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten