maandag 29 januari 2018

Wat gebeurde er omstreeks 1970? De welzijnsparadox: van geld rijker, maar sociaal armer?

Jan-Pieter Smits, van de Universiteit Eindhoven en het CBS, is de geestelijk vader van een nieuwe welzijnsindex. Die is zo samengesteld dat je er zo goed mogelijk landen mee kunt vergelijken. Zie in dat verband het rapport CONFERENCE OF EUROPEAN STATISTICIANSRECOMMENDATIONS ON MEASURINGSUSTAINABLE DEVELOPMENT.

Die index bestaat uit een groot aantal indicatoren, waaronder: tevredenheid met het leven, inkomensongelijkheid, beloningsverschil mannen-vrouwen, obesitas, levensverwachting en statusongelijkheid in levensverwachting, (jeugd-)werkloosheid, opleiding en statusongelijkheid in opleiding, woonomstandigheden, vrije tijd, interpersoonlijk vertrouwen, opkomst bij verkiezingen en aandeel vrouwen in de volksvertegenwoordiging. Zie hier voor het complete overzicht (stuurt je naar hoofdstuk 8 van dat rapport).

Met een beperktere set van 15 indicatoren keek Smits, samen met Harry Lintsen, Frank Veraart en John Grin naar de ontwikkeling van het welzijn in Nederland in de periode 1850 - 2007. Als je dan een vergelijking maakt met de ontwikkeling van het Bruto Nationaal Product per hoofd van de bevolking, met de groei van de economie, dan levert dat dit intrigerende plaatje op.


Je ziet dat als je beide indexen in 1850 op 100 stelt, dat dan vanaf omstreeks 1900 de welzijnsindex uitgaat boven de BNP. Maar dat slaat drastisch om omstreeks 1970. We zien de opmerkelijke stijging van de welvaart na de Tweede Wereldoorlog, maar we zien ook dat de welzijnsgroei daar sterk bij achterblijft. Helaas is de recentere ontwikkeling, in en na de Grote Financiële Crisis van 2008-2010 nog niet in het plaatje verwerkt.

Zoals in het persbericht van de Universiteit Eindhoven opgemerkt, hebben we vanaf 1970 te maken met een welzijnsparadox: we zijn wel rijker geworden, maar niet tevredener.

En dat zet je natuurlijk aan het denken over wat er na 1970 is gebeurd. Ik deed dat eerder in Geld en 'de rest'. Over uitzwerming, teloorgang van gemeenschap en de noodzaak van gemeenschapsbeleid. Met als conclusie dat het overheidsbeleid te eenzijdig gericht is geweest op de groei van de economische welvaart en zich te weinig gelegen heeft laten liggen aan de negatieve repercussies van meer marktwerking en de terugtredende overheid op de sociale welvaart. Intrigerend om dat nu zo fraai in een grafiek te zien afgebeeld.

Het maakt wel nieuwsgierig naar wat precies die 15 indicatoren zijn. Het persbericht is daar vaag over, maar meldt dat er een boek zit aan te komen waarin een en ander uit de doeken wordt gedaan. Om in de gaten te houden.

Geen opmerkingen: