De werkelijke ontwikkelingen wezen anders uit. Alle optimistische voorspellingen werden gelogenstraft. Zie Wat voorstanders van bezuinigen verwachten en wat daar van terecht komt in Griekenland - Jesse Frederik.
En het herstel van de economische groei in de eurozone loopt al jaren opvallend achter op dat van de Verenigde Staten, waar de obsessie met het overheidstekort eerder werd verlaten. Zie de figuur. En op dat van het Verenigd Koninkrijk, waar dat ook gebeurde, overigens wel met voortzetting van de bezuinigingsretoriek.
Maar de Europese politici volharden halsstarrig in het bewandelen van de ingeslagen weg. Er is in de eigen gelederen wel enig besef gegroeid van de noodzaak van een ander beleid (zie In Europa opnieuw een stap in richting van het gezonde verstand?), maar de werkelijke machthebbers sluiten daar voor de ogen.
Dat het eindspel zich nu aandient, komt doordat de kiezers hebben gesproken. Dat wil zeggen, de Griekse kiezers. De politiek elite maakt kennis met de macht van het stemhokje. En is daar onaangenaam door getroffen. Het lijkt er op dat de Griekse regering zich niet heeft laten intimideren en nu zijn de Europese machthebbers hun knopen aan het tellen. Moeten we aan ons rotsvaste geloof in de weldaden van de bezuinigingen vasthouden? Of moeten we inzien dat we op de verkeerde weg zitten en ons beraden op de gemaakte fouten?
Van allerlei kanten wordt er op aangedrongen dat laatste te doen. De Nobelprijswinnaar Joseph Stiglitz pleit er voor dat Europa toegeeft fouten gemaakt te hebben en met de Grieken een akkoord sluit waar de Griekse regering (en het Griekse volk!) mee kan leven. Zie Stiglitz Tells EU to Admit Mistakes and Ease Up on Greece. Paul Krugman, ook Nobelprijswinnaar, deed hetzelfde. Zie
That 1914 Feeling (vandaag ook in de Volkskrant). En de regering-Obama oefent druk uit.
Het wordt spannend. Gisteravond is in Berlijn het overleg begonnen tussen Merkel, Hollande, Draghi en Lagarde, waarmee de onderhandelingen Chefsache zijn geworden. Het zou wat zijn als we nu echt meemaken dat de politici en andere machthebbers die zich zo hebben vastgebeten in een bepaalde beleidslijn, er nu blijk van zouden geven inzicht te hebben gekregen in de gemaakte fouten.
Over de kansen daarop valt met sociaalwetenschappelijk onderzoek het een en ander te zeggen. Want de menselijke neiging tot halsstarrigheid en het onvermogen om van mislukkingen te leren, is in de sociale wetenschappen niet onopgemerkt gebleven.
Er was natuurlijk al het beroemde onderzoek naar het When Prophecy Fails - fenomeen. Zie eerder het bericht When Prophecy Fails - Worden we geregeerd door een sekte? Dat fenomeen sloeg op het juist sterker worden van het geloof van leden van een sekte die moesten meemaken dat hun voorspelling van het einde van de wereld niet uitkwam. Het werd in 1956 beschreven door de sociaal-psychologen Festinger, Riecken en Schachter.
Maar meer algemeen kennen we het verschijnsel dat mensen zich juist sterker committeren aan een project dat ze zijn begonnen nadat ze informatie ontvangen die wijst op het mislukken er van. In plaats van zich te bezinnen op de gemaakte keuzes, gaan ze juist met verdubbelde energie door op de ingeslagen weg. Dit patroon van halsstarrigheid staat bekend als het escalation of commitment verschijnsel. Het werd al in 1984 onderzocht in de studie Escalation of commitment in individual and group decision-making (pdf).
Maar er is nu ook de nieuwe studie Attenuating the Escalation of Commitment to a Faltering Project in Decision-Making Groups. An Implementation Intention Approach (betaalpoort). En dat onderzoek laat zien dat het wel degelijk mogelijk is om die valkuil van de halsstarrigheid te vermijden. Proefpersonen moesten opeenvolgende beslissingen nemen over hoeveel geld ze investeerden in een project. Tussentijds kregen ze informatie over het succes van het project die oplopend negatief was. Het bleek toen dat bovenal diegenen de valkuil wisten te vermijden die zich hadden voorgenomen:
"Als wij een investeringsbesluit nemen, dan zullen we het project beoordelen als neutrale toeschouwers die niet verantwoordelijk zijn voor eerdere besluiten".
Dat voornemen bleek het gemakkelijker te maken om adequaat te reageren op de informatie die duidelijk maakte dat het project bezig was te mislukken. (Vooral die Als-component bleek belangrijk; daarzonder had hetzelfde voornemen weinig effect.)
Dat lijkt er op te wijzen dat de Europese politici tot nu toe niet in staat zijn geweest om bij de tegenvallende resultaten van hun bezuinigingsbeleid de positie van neutrale toeschouwer in te nemen en dus zich los te maken van de druk van eerder genomen besluiten. Die druk bestaat er o.a. uit dat het toegeven van een vergissing wordt ervaren als gezichtsverlies. Om dat laatste te vermijden moet je dus in staat zijn om afstand te nemen van je eigen ego. Wat die politici kennelijk niet hebben weten op te brengen.
Kortom, het blijkt mogelijk te zijn om te leren van mislukkingen en om halsstarrigheid te vermijden. We zullen denk ik de komende dagen zien of dat ook, weliswaar veel te laat, geldt voor de Europese politieke elite.
Mocht dat tegenvallen, dan dient zich de bekende alternatieve oplossing aan: vervanging van de leiders. Anders gezegd; de normale werking van de democratie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten