De democratische nationale staat leek na de Tweede Wereldoorlog een verworvenheid die niet meer in gevaar zou komen.
Maar wat zich nu in de Verenigde Staten afspeelt, zet je aan het denken. Of zich daar de scheiding der machten, met name die tussen de uitvoerende en de rechterlijke macht, zal weten te handhaven, zal moeten blijken, misschien binnen een paar dagen.
Maar ook in Europa is het spannend. Zal de eurozone zich in democratische richting ontwikkelen? Zie Sekte-achtig beleid in de eurozone door een democratische tekort. Zal de democratie zich kunnen handhaven in de landen met opkomend rechts-extremisme? Hoe gaat het verder in Hongarije en in Polen?
De grote vraag lijkt te zijn of het economische systeem van het kapitalisme de democratie in stand kan houden. In 2011 noemde Kenneth Rogoff (Is Modern Capitalism Sustainable?) een rijtje van vijf problemen die het kapitalisme zou moeten oplossen om zich te kunnen handhaven: publieke goederen, ongelijkheid, gezondheidszorg, toekomstige generaties en het financiële stelsel. Het leek mij toen dat het handhaven van de democratie daar als zesde probleem aan moest worden toegevoegd: Het zesde probleem dat het kapitalisme moet oplossen: de democratie.
De ontwikkelingen sinds 2011 lijken dat inzicht alleen maar urgenter te hebben gemaakt.
Als we er even van uitgaan dat kapitalisme en democratie uiteindelijk verenigbaar met elkaar zullen blijken te zijn, wat zijn dan de grote gevaren die we het hoofd moeten bieden?
Wat zich aan mij opdringt, is dat het gaat om twee gevaren, die met elkaar samenhangen: dat van de ongelijkheid en dat van de media.
De sterk toegenomen ongelijkheid in de meeste kapitalistische landen heeft een reeks van negatieve gevolgen, die samen een zichzelf versterkend en onomkeerbaar proces in werking lijken te zetten. Waardoor een correctie via democratische weg sterk wordt bemoeilijkt en een opeenvolging van dictatoriale stelsels afgewisseld door revoluties waarschijnlijker wordt. Zie Loopt het kapitalisme op zijn laatste benen? Economische, maar ook sociaalwetenschappelijke inzichten.
Daarmee hangt het tweede probleem samen. Bij extreme ongelijkheid is de kans groot dat de rijke bovenlaag de democratie kaapt door zich meester te maken van de media. Democratie heeft media nodig die in dienst staan van de democratie. Een volk dat niet voldoende en onpartijdig geïnformeerd is, kan niet over zijn eigen lot beslissen. Maar als de media (ook de sociale media!) in de greep zijn van het grote geld, dan is er geen garantie dat aan die voorwaarde is voldaan. Lees nog eens In een democratie kun je de nieuwsvoorziening niet zomaar aan de markt, en dus aan het grote geld, overlaten en Door slechte media hebben we slecht geïnformeerde kiezers die slecht geïnformeerde leiders kiezen.
Hoe zich dat de komende jaren (maanden?, weken?, dagen?) zal ontwikkelen, wie zal het zeggen?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten