Hoe kan het dat wij elkaar, meestal, zo gemakkelijk begrijpen? Dat we "aanvoelen" hoe iemand zich voelt en wat hij/zij probeert te doen?
Voor de ontdekking van spiegelneuronen dacht ik, en anderen die daarover nadachten, dat het iemand begrijpen een denkproces was, een mentallisatie, een proces van je voorstellen dat je in de positie verkeert van de andere persoon en dan "bedenken" welke gedachten je zou hebben en wat je zou voelen.
Maar nu weten we dat we zijn toegerust met spiegelneuronen die niet alleen actief zijn, in de premotorcortex, als we zelf gaan handelen, maar ook als we iemand anders een handeling zien uitvoeren. Zonder daar bewust bij stil te staan, spiegelen we de handeling van de ander in onze hersenen, in het spiegelcircuit, waardoor we die handeling zelf ook direct ervaren. We "weten" meteen wat de ander aan het doen is, omdat we dat in ons eigen lichaam ervaren.
Natuurlijk zijn we ook in staat tot begrip op grond van bewust nadenken, maar dat nadenken is er meestal niet voor nodig. Bedenk ook hoe omslachtig het zou zijn als we altijd maar zouden moeten nadenken over wat een ander aan het doen is en wat zij daarbij voelt. Een sociaal leven zoals wij dat kennen, zou onmogelijk zijn. Zie het bericht Spiegelneuronen, nadenken en intuïtie over de grote betekenis van de ontdekking van spiegelneuronen.
Spiegelneuronen werden in 1992 ontdekt. Een van de onderzoekers vertelt er hier over. Dat gebeurde in een laboratorium van de Universiteit van Parma in Italië. Zie Understanding motor events: a neurophysiological study.
Die ontdekking was zo baanbrekend dar er een lawine van onderzoek door in gang werd gezet. Antonella Tramacere, Telmo Pievani en Pier F. Ferrari gaven daarvan in 2017 een overzicht, met als invalshoek de vraag hoe en wanneer spiegelneuronen in de loop van de evolutie zijn ontstaan: Mirror neurons in the tree of life: mosaic evolution, plasticity and exaptation of sensorimotor matching responses. De tweede van die drie auteurs kwamen we in het vorige bericht tegen, waarin ik vertelde over een bezoek aan Pistoia. De vraag of het meer dan toeval is dat het onderzoek naar spiegelneuronen zo verbonden is met Italië probeer ik maar niet te beantwoorden.
Al dat onderzoek heeft o.a. opgeleverd dat we spiegelneuronen in hersengebieden kunnen lokaliseren (bij makaken, chimpansees, zijdeaapjes, mensen en zangvogels) en dat de werking ervan is aangetoond als het gaat om de waarneming van bewegingen van handen en mond en het horen van stemmen en bij zangvogels van zingen door soortgenoten. Dat laatste wijst erop dat spiegelneuronen in de evolutie waarschijnlijk twee keer onafhankelijk van elkaar zijn ontstaan (convergente evolutie).
Dat spiegelneuronen zijn ontstaan, moet er wel op wijzen dat de werking ervan evolutionaire voordelen heeft gehad, die wel te maken moeten hebben met communicatie ten behoeve van onderlinge coördinatie en samenwerking. En het doet vermoeden dat ze het verst zijn ontwikkeld bij het groepsdier bij uitstek: mensen. En daarmee een cruciale rol hebben gespeeld in de ontwikkeling van het taalvermogen en van het opvallend grote vermogen tot samenwerking en het coöperatief grootbrengen van kinderen (gemeenschapsgedrag).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten