De Oekraïnse pianiste Anna Fedorova, die in Amsterdam woont, organiseerde samen met het Concertgebouw op 6 maart een benefietconcert voor de slachtoffers van de Russische inval in Oekraïne. Ze trad ook op in Podium Witteman en speelde daar samen met haar ouders twee stukken voor piano zeshandig van Rachmaninov.
Hier speelt ze de Tweede
Pianosonate van de Russische componist Alexander Scriabin (1872 - 1915).
Scribin moet die sonate zo ongeveer geschreven hebben toen hij
overstapte van beïnvloeding door Rachmaninov, Prokofiev en de jonge
Stravinsky naar zijn eigen "glinsterend exotisme". Daarover las ik op Musicalifeiten:
De
1e pianosonate draagt kenmerken van Rachmaninov, Prokofiev en de jonge
Stravinsky, maar in de 3e pianosonate is al het nodige te horen van het
glinsterende exotisme dat we nu zo kenmerkend vinden. De doorbraak kwam
dus in 1907 met de 5e sonate, een eendelig, extreem lastig werk vol
tonale desintegratie.
Vanaf dat moment voerden Scriabins
muzikale experimenten hem verder dan ooit weg uit de wereld van zijn
collega’s. Hij leed aan extreme hypochondrie en zijn opgeblazen ego nam
Wagneriaanse proporties aan. Zijn theosofische interesse en zijn
fascinatie voor synesthesie – de gedachte dat alle zintuigen elkaar
stimuleren – en de opvatting dat de muzikale toonaarden corresponderen
met specifieke kleuren waren bijzonder. (...)
Tenslotte geloofde hij dat hij één was met God en dat hij uiteindelijk zou worden opgenomen in het ritme van het universum en een weer tot leven gewekte godheid zou worden die ooit de wereld zou verenigen. Geweldige ambities voor iemand die tenslotte stierf ten gevolge van een ontstoken steenpuist op zijn lip. Hoe komisch zijn geschriften en zijn geloof ook mogen zijn, aan de grote waarde van zijn muziek bestaat geen twijfel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten