De aanwijzingen dat grote inkomensverschillen negatieve sociale gevolgen hebben zijn talrijk en, als ik het goed zie, nauwelijks meer omstreden. Wilkinson en Pickett vatten in 2009 de toen beschikbare inzichten samen in het boek The Spirit Level. Why more equal societies almost always do better. Inkomensongelijkheid gaat samen met minder sociale contacten, meer psychische en fysieke gezondheidsproblemen, lagere onderwijsprestaties, meer geweldsmisdrijven en minder gelijke kansen.
Het zou kunnen dat deze negatieve gevolgen tot stand komen doordat grote inkomensverschillen de statuscompetitie aanwakkeren. Een bekende aanwijzing daarvoor uit een onderzoek uit 1997 is dat in landen met grotere inkomensverschillen mensen minder sociale contacten hebben en elkaar minder vertrouwen en dat langs die weg de gezondheid negatief wordt beïnvloed. Daar is nu een aanwijzing bijgekomen. Uit een pas verschenen studie blijkt dat bewoners van landen met grotere inkomensongelijkheid meer de neiging hebben om hun eigen kwaliteiten in vergelijking met die van anderen te benadrukken en te overdrijven (self-enhancement; te vertalen als zelfverheffing?). Ze zijn minder bescheiden en zijn meer bezig met zich beter voor te doen dan ze waarschijnlijk zijn. Als je veel moet concurreren met anderen en er weinig onderling vertrouwen is, kun je maar beter proberen je zwakheden zoveel mogelijk te verbergen, zelfs voor jezelf.
De gedachte was dat de verschillen in de mate van zelfverheffing vooral een culturele achtergrond hebben. Mensen in meer individualistische (Westerse) landen zouden er meer last van hebben dan mensen in meer collectivistische (Oosterse) landen. Maar deze studie laat zien dat het meer ligt aan de achterliggende verschillen in inkomensongelijkheid.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten