Het is ook echt het element van competitie dat oneerlijker maakt, want het oneerlijkheidseffect trad niet op na het winnen van een loterij en na het goed presteren op zich. Het verslaan van iemand anders, daar lijkt het om te gaan.
Waar zou dat aan kunnen liggen? Ander onderzoek wijst er op dat de kans op oneerlijk gedrag groter is als mensen het gevoel hebben dat ze recht hebben op wat ze zich oneerlijk toe eigenen. Als je vindt dat iets je toekomt, dan heb je de neiging om je oneerlijke gedrag voor jezelf goed te praten. "Het is misschien niet eerlijk, maar ik heb er toch gewoon recht op?"
En uit dit onderzoek blijkt inderdaad dat de winnaars van een competitie meer dat gevoel hebben van "Het komt mij toe". Dat gevoel, sense of entitlement, wordt gemeten met dit vragenlijstje:
- I honestly feel I’m just more deserving than others.
- Great things should come to me.
- If I were on the Titanic, I would deserve to be on the first lifeboat!
- I demand the best because I’m worth it.
- I do not necessarily deserve special treatment. (omgekeerd)
- I deserve more things in my life.
- People like me deserve an extra break now and then.
- Things should go my way.
- I feel entitled to more of everything.
Een van de negatieve gevolgen van een statuscompetitieve maatschappij is dus dat er een hele bevolkingsgroep ontstaat, degenen die succesvol zijn in het verslaan van anderen, bij wie het gevoel wordt aangewakkerd dat ze overal recht op hebben.
Dat zal een van de verklaringen zijn voor het gegeven dat een statuscompetitieve maatschappij slecht samen gaat met gelijke kansen. En dus de sterke neiging heeft om te resulteren in toenemende maatschappelijke ongelijkheid. Zie Is toenemende ongelijkheid een onomkeerbaar proces?
Bedenk dat we ook al wisten dat een hogere status mensen egoïstischer maakt en dat het gevoel van macht, dat meestal samen gaat met hoge status, minder empathischer maakt.
Een wat minder statuscompetitieve maatschappij, dat zou wat zijn om na te streven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten