dinsdag 9 juli 2019

Hebben de uitvoerders van de verzorgingsstaat nog wel voldoende inzicht in belang van bestaans- en rechtszekerheid?

Op het niveau van nationale staten kun je het gemeenschapsevenwicht dichterbij brengen door mensen in de vorm van de regelingen van de verzorgingsstaat bestaans- en rechtszekerheid te verschaffen. Zie het bericht Het gemeenschapsevenwicht en het statuscompetitie-evenwicht op het niveau van nationale staten.

Daarom was de na-oorlogse ontwikkeling van de verzorgingsstaat zo'n belangrijke stap in de geschiedenis.

Maar mensen kunnen het belang ervan uit het oog verliezen. In ons land is dat al een poos aan de gang. In de politiek ontstond het idee dat de verzorgingsstaat niet te handhaven zou zijn en dat het allemaal wat minder moest.

De uitwerking van die gedachte vergrootte de bestaans- en rechtsonzekerheid onder grote delen van de bevolking, met als gevolg een toename van maatschappelijke tegenstellingen en van politiek rechts-extremisme. Dus van een beweging in de richting van het statuscompetitie-evenwicht.

Nu blijkt dat niet alleen de politici, maar ook de ambtenaren van de uitvoeringsinstanties van de verzorgingsstaat, dat belang van bestaans- en rechtszekerheid niet meer zo goed voor ogen hebben.

Actueel speelt er de toeslagen-affaire. Er komt aan het licht dat de Belastingdienst bij honderden, en misschien duizenden, ouders de toeslag voor de kinderopvang onrechtmatig heeft stopgezet. "Toevallig" allemaal ouders met een tweede nationaliteit.

Lees wat Pieter Klein hier gisteren over schreef: Een ongekende heksenjacht. En hoe hij wijst op hoe de rechtszekerheid hier in het geding is:
Dát was de heksenjacht. Tegen honderden goedwillende ouders. Bijna allemaal met een tweede nationaliteit. Op basis van gefabriceerd nep-bewijs en flut-onderzoek. Relevante informatie werd stelselmatig achtergehouden voor rechters en voor de Tweede Kamer. Pas na een reeks onthullingen begon staatssecretaris Snel in juni in te zien dat het in deze zaak grondig mis is, dat de kern van onze rechtsstaat in het geding is, en dat hijzelf ook te lang leed aan 'tunnelvisie'. En dat het niet een enkele ambtenaar was die z’n boekje te buiten ging, maar dat het gewoon staand beleid van de top van de Belastingdienst was om tegen de wet te handelen. En dat sommige ambtenaren intern al in 2015 waarschuwden.
Het is nogal verontrustend dat we er niet meer vanuit kunnen gaan dat ambtenaren doordrongen zijn van het belang van rechtmatigheid en rechtszekerheid.

Eerder hadden we de affaire dat de Belastingdienst en het UWV bij beslag op loon of uitkering in geval van schulden niet de wettelijk voorgeschreven beslagvrije voet bleken te hanteren. Waardoor mensen onder het grondwettelijk voorgeschreven bestaansminimum terecht kwamen. Zie Is in Nederland het recht op het absolute bestaansminimum wel gegarandeerd? Nee dus.

Dat speelt al vanaf 2015. En ook daar moest de Nationale Ombudsman aan te pas komen. Nu is er vandaag, eindelijk, het bericht dat het UWV er voor zorg zal dragen dat het recht op dat bestaansminimum gerespecteerd wordt. Zie op de website van de Nationale Ombudsman: UWV stapt af van laagste beslagvrije voet bij meerdere beslagleggers.

Geen opmerkingen: