vrijdag 10 februari 2012

Waarom we hard lachen als we gaan vergaderen. De sociale strategische lach

Voor een vergadering begint, is er vaak een korte tijdspanne waarin de aanwezigen grappen maken en daar hard om lachen. En ik meen vastgesteld te hebben dat er meer gelachen wordt als er controversiële kwesties op de agenda staan. Als er iets moet worden beslist waar sommige deelnemers een groot voorstander van zijn, maar anderen een groot tegenstander, en als niet duidelijk is hoe de verhoudingen liggen, en als iedereen verwacht dat de emoties hoog zullen oplopen, dan wordt er meer en harder gelachen. Waarom?

Mijn privé theorie is dat er zich een soort wedstrijd afspeelt waarbij het er om gaat wie het beste kan laten zien dat hij zijn zenuwen in bedwang heeft. (Hij, omdat vooral mannen dit patroon laten zien.) En ik vermoed dat sommigen zelfs van te voren een grap bedacht hebben, ook om de lachers op de hand te krijgen, maar vooral om de anderen te kunnen intimideren met vertoon van zogenaamde ontspannenheid. Zo iemand probeert dan ook om van alle aanwezigen het hardst te lachen, soms tevergeefs. Hoe dan ook, de winnaar van deze lachwedstrijd krijgt, zo is mijn ervaring, vaak ook zijn zin bij die controversiële agendapunten. De tegenstanders leggen het hoofd in de schoot, omdat ze al verloren hadden nog voor dat de vergadering begon. In deze theorie speelt het lachen dus een rol in de statuscompetitie en is het een middel om te intimideren. Ik kende tot nu toe geen onderzoeken of inzichten die mijn privé theorie bevestigen of tegenspreken.

Maar vandaag zag ik een onderzoek dat laat zien dat lachen de pijngrens verhoogt. Door te lachen, komen endorfinen vrij en dat stofje speelt een rol in de bescherming tegen fysiologische en psychologische stress. Máár dat blijkt kenmerkend te zijn voor het zogenaamde Duchenne lachen, zeg maar, de spontane schaterlach, die besmettelijk is en een rol speelt in verbroedering en "bonding". Op Google Afbeeldingen kom je een foto tegen van een grijnzende Boris Jeltsin en een schaterende Bill Clinton. Het lijkt mij dat wat Clinton daar doet, duidelijk een spontane schaterlach is. En hij was toen inderdaad net goede maatjes geworden met Boris Jeltsin.

Er is echter ook een non-Duchenne lach en die wordt wel de sociale strategische lach genoemd (zie ook dit stukje van Hendrik Spiering). Die lach wordt bewust gebruikt om te manipuleren en te intimideren. Om anderen te laten zien dat jij zogenaamd totaal ontspannen bent. Ik moet dan meteen denken aan de lach van onze Mark Rutte. Ik stel me voor dat hij altijd het hardst lacht van allemaal voor hij de vergadering van de ministerraad opent.

Het blijkt dus de non-Duchenne lach te zijn die ik altijd heb waargenomen voorafgaand aan al die vergaderingen die ik heb meegemaakt. En als je die lach ziet, ja, dan ben je niet getuige van verbroedering, maar integendeel van statuscompetitie.
Update. Ik ben natuurlijk niet altijd alleen maar waarnemer geweest bij die lachwedstrijden.

1 opmerking:

Anke Horst zei

Als je op de sociale interacties en achterliggende redenen gaat letten merk je op dat het inderdaad een uniek schouwspel kan zijn.