dinsdag 5 november 2013

Kleinere scholen doen het beter. Doordat ze een betere sociale omgeving bieden

In veel landen, waaronder Nederland, leek het tientallen jaren geleden een goed idee om in het onderwijs meer te profiteren van de voordelen van schaalgrootte. Grotere scholen zouden leerlingen meer te bieden hebben, zoals allerlei voorzieningen die alleen op die schaal zijn te financieren. De redenering daarachter was vooral economisch van aard. We zaten midden in de tijd dat bedrijven en overheidsdiensten op zoek gingen naar de economische voordelen van optimale, en dus altijd grotere, schaal.

Maar er zijn natuurlijk voor de hand liggende en dan vooral sociale nadelen van grotere scholen. De sociale omgeving is er al gauw veel anoniemer. Ook lijkt de kans groter dat leerlingen vooral alleen maar contact hebben met leeftijdsgenoten, wat sociaal ongunstig is.

Onderzoek naar de effecten van schoolgrootte op leerprestaties en welzijn van leerlingen is lastig, omdat kleine en grote scholen ook op allerlei andere kenmerken van elkaar verschillen. Daardoor is er voor zover ik weet in Nederland geen onderzoek dat uitwijst dat kleinere scholen beter zouden zijn.

Maar nu is net een onderzoek gerapporteerd dat in New York is uitgevoerd, dat meer uitsluitsel lijkt te geven. In de Verenigde Staten wordt al een aantal jaren lang een beleid gevoerd om scholen kleiner te maken. Door grote scholen te splitsen en nieuwe kleine scholen te stichten. Na een periode waarin scholen steeds maar groter werden. Het onderzoek Small High Schools and Student Achievement: Lottery-Based Evidence from New York City (pdf) heeft het voordeel dat de toewijzing van leerlingen naar die kleinere scholen per loterij werd bepaald. Dat maakte het mogelijk om een goede vergelijking te maken. Een vergelijking naar behaalde schoolprestaties en naar mogelijke verklarende kenmerken.

De resultaten wijzen uit dat die kleinere scholen het beter doen, als je kijkt naar de schoolprestaties en naar de prestaties in het vervolgonderwijs (na twee jaar). En dat zou er aan kunnen liggen dat op kleinere scholen de betrokkenheid van leerlingen en leraren groter is, dat er meer toezicht is op de leerlingen, dat leerlingen minder spijbelen, dat leerlingen meer feedback krijgen, dat er meer veiligheid is en dat leraren en leerlingen meer contact hebben en meer samenwerken.

Alles wat je zoal dacht over de sociale voordelen van kleinere scholen, dat blijkt dus ook het geval te zijn. Mensen gedijen beter in een persoonlijke sociale omgeving, waarin je elkaar kent en dingen samen doet. En waarin er gemakkelijk persoonlijke contacten ontstaan tussen personen van verschillende leeftijden. Dat dat ook geldt in het onderwijs, dat zou niemand behoren te verbazen.

Geen opmerkingen: