De huidige regering vindt dat we naar grotere gemeenten toe moeten. Terwijl de gemiddelde bevolkingsomvang van de Nederlandse gemeenten nu ongeveer 40.000 is, moet dat volgens dit kabinet naar 100.000. Pas dan zouden gemeenten groot genoeg en krachtig genoeg zijn om hun groter wordend takenpakket goed en zo goedkoop mogelijk te kunnen uitvoeren.
Maar onze gemeenten zijn nu al groot in vergelijking met andere Europese landen, waar de gemiddelde bevolkingsomvang ergens tussen de 5000 en 6000 inwoners ligt. Zie het eerdere bericht Dit jaar weer minder gemeenten in Nederland. Moet dat? Het lijkt toch wat gewaagd om te veronderstellen dat wij in Nederland als enige doorhebben dat gemeenten zo groot moeten zijn. Hebben wij in Nederland op het gebied van het openbaar bestuur misschien meer last van, ja, hoe noem je dat, centralistisch ingenieursdenken?
Nu is het natuurlijk een gerechtvaardigd verlangen dat er op het lokale niveau efficiënt en goed bestuurd wordt. Maar hoe vind je de optimale gemeentegrootte? Zonder daarover heen te schieten, zoals bij van bovenaf opgelegde herindelingen schijnt te zijn gebeurd. Zie dat Groningse onderzoek waar ik in dat vorige bericht naar verwees. Daaruit bleek immers dat de kosten in gefuseerde gemeenten juist sterker stegen dan in niet-gefuseerde gemeenten, ook op de langere termijn.
Daarom lijkt het veel beter om gemeenten zelf te laten uitvinden welke schaal van dienstverlening voor welke taken het beste is. Dat kan door dat gemeenten onderlinge samenwerkingsverbanden aangaan. Ze kunnen dan op basis van lokale kennis van zaken bepalen met hoeveel andere naburige gemeentes ze welke taken uitvoeren. Het voordeel is dat de democratische inbreng en controle op dat lokale niveau gehandhaafd blijven. De afstand tussen burger en verkozen volksvertegenwoordigers wordt er niet door vergroot.
Ik had eigenlijk geen overzicht van hoeveel van zulke samenwerkingsverbanden er al bestaan. Ik noemde al wel dat Nijmegen met omliggende gemeenten was gaan samenwerken op het gebied van de arbeidsbemiddeling. Zie Is samenwerken tussen gemeenten niet beter dan fuseren?
Maar nu meldde De Volkskrant zaterdag, op basis van een onderzoek van het blad Binnenlands Bestuur, dat samenwerking tussen gemeenten al veel plaatsvindt en toeneemt. Zie 'We zijn kwetsbaar in ons eentje' (pdf). En het blijkt dat er spontaan verschillende modellen zijn ontstaan. Er is het gastheermodel, waarbij de ene gemeente uitvoerende taken inkoopt bij een andere gemeente. Er is de gemeenschappelijke bedrijfsvoering, zoals voor ict, financiën, juridische zaken en inkoop. En er zijn de ambtelijke fusies, waarbij het ambtelijke apparaat als een werkorganisatie door twee of meer gemeenten wordt gefinancierd en aangestuurd.
Het is een fraaie ontwikkeling. Want al doende wordt kostbare ervaring opgedaan. Die op den duur kan leiden tot optimale samenwerkingsverbanden. Die wel of niet kunnen uitlopen op bestuurlijke herindelingen en dus samenvoeging van gemeenten.
De uitkomst daarvan kan zijn dat gemeenten gemiddeld groter worden. Maar dat is dan niet vanaf de tekentafel en vanuit Den Haag bedacht, maar het is een ontwikkelingsproces op basis van gecumuleerde lokale ervaring. Veel beter.
3 opmerkingen:
Hoi Henk,
Ik had een tijdje niet op je blog gelet en totaal gemist dat je over gemeenten schrijft. Er wordt verschrikkelijk veel samengewerkt tussen gemeenten, vaak in wisselende verbanden. Natuurlijk gebeurt dat op het gebied van de decentralisaties, maar ook heel andere terreinen. Ik ben zelf betrokken bij samenwerking op het gebied van gemeentelijke watertaken.
Je hebt een mooi pleidooi voor samenwerking, maar ik mis iets. Er is uiteraard veel aandacht voor samenwerking op dit moment. Een van de aandachtspunten is democratische controle. Bij samenwerking wordt vaak een deel van de controle door de gemeenteraad uit handen gegeven aan het bestuur van het samenwerkingsverband. Het gevolg kan zijn (en daar is men best bang voor) dat niemand zich meer verantwoordelijk voelt voor de samenwerking. De gemeenteraad kan haar controlerende taak niet goed meer uitvoeren als alles uit handen is, de wethouder voelt zich niet meer verantwoordelijk. Bovendien is al bijna niet meer te zien hoe bestuurlijk Nederland in elkaar zit. Ik vind dat zelf wel lastige kanten van samenwerking.
Overigens heeft minister Plasterk de 100.000 inwoners per gemeente eis inmiddels laten vallen (gelukkig).
Groet!
Corine Hoeben
Hoi Corine,
Daar heb je wel een punt. Maar de gemeenteraden blijven verantwoordelijk en kunnen samenwerkingsverbanden opzeggen of bijstellen. En wat komt er nog terecht van democratie in die veel grotere gemeenten, met een veel grotere afstand tot de burgers?
En hoe bestuurlijk Nederland in elkaar zit, hoeft van bovenaf toch ook niet zo duidelijk te zijn? Zolang het op het lokale niveau maar duidelijk is.
Hartelijk gegroet,
Henk
O ja, zo zie je maar: blijven volgen! En dank voor de reactie.
Een reactie posten