dinsdag 26 mei 2020

Psychische aandoeningen en de mismatch tussen aanleg en omgeving - 5

In het vorige bericht in deze reeks zagen we dat de p-factor die gemeenschappelijk lijkt te zijn aan alle psychische aandoeningen, nauw verbonden is met psychologisch-traumatische ervaringen in de vroege jeugd, maar vooral ook in de adolescentie. Een trefwoord is kindermishandeling, maar dat omvat zowel fysieke, seksuele en emotionele mishandeling als emotionele verwaarlozing. In de adolescentie valt dan te denken aan gepest of buitengesloten worden, als vormen van mishandeling door anderen, maar ook als mishandeling door, ja, door dat wij met zijn allen kinderen verplichten om een groot deel van hun leven door te brengen in de sociaal onveilige omgeving van de school.
 
Dat laatste mag bij sommige lezers de wenkbrauwen doen fronsen, want het is toch "normaal" dat kinderen naar school gaan, maar bedenk dat pesten op school veel voorkomt, voor kinderen ernstige gevolgen heeft, dat scholen wettelijk verplicht zijn om antipestprogramma's uit te voeren en dat het ministerie van Onderwijs het nodig vindt om tweejaarlijks de sociale veiligheid op scholen te laten monitoren. Lees meer daarover in mijn artikel Sociale veiligheid op scholen, dat verschijnt in de juni-aflevering van Pedagogiek in Praktijk.

En bedenk ook dat als psychische aandoeningen zoveel voorkomen (Is slechts één op de vijf mensenlevens een leven zonder psychische aandoeningen?), dat de oorzaken daarvan, dus ook de oorzaken van die p-factor, onvermijdelijk ook veel moeten voorkomen. Dus dat die oorzaken gelegen zijn in wat wij met zijn allen als "normaal" zijn gaan ervaren. Onderzoek naar hoe kinderen opgroeien in "minder ontwikkelde" samenlevingen laat meteen het grote verschil zien met wat wij "normaal" vinden. Zie de berichten Onze maatschappij is bijna ingericht op emotionele verwaarlozing van kinderen en Een samenleving zonder emotionele verwaarlozing van kinderen. Kan dat? De !Kung en Een samenleving zonder emotionele verwaarlozing van kinderen. Kan dat? De Hadza.

Terug naar de vraag hoe je die p-factor zou omschrijven. In het artikel van Caspi en Moffitt, waar ik me in deze reeks berichten op baseer, kom je uiteindelijk deze korte maar veelzeggende omschrijving tegen:

What this research (and clinical experience) implies is that loss, intimidation, humiliation, betrayal—fundamental threats to one’s physical and psychological safety—increase the risk of mental disorder, broadly.
 
Verlies, geïntimideerd en/of vernederd en/of verraden worden - fundamentele bedreigingen van iemands fysieke en psychologische veiligheid - vergroten de kans op psychische aandoeningen, welke dan ook.

Veel woorden heb je er niet voor nodig, maar wat er staat is inderdaad nogal fundamenteel en veelzeggend. Maar ook weer niet verrassend, want we wisten immers dat mensen een groepsdier zijn, dat geëvolueerd is in een samenlevingsvorm van vertrouwde anderen waarin samengewerkt en gedeeld werd. Waarin het vanzelfsprekend deel uitmaken van zo'n kring cruciaal was voor het gevoel van veiligheid waar dieren op zijn ingesteld om naar te streven

Deze reeks berichten blijkt langer te worden dan ik in het begin verwachtte. Maar Caspi en Moffitt hebben nu eenmaal veel te vertellen. In het volgende bericht gaat het over wat ze te melden hebben over de stappen waarlangs die fundamentele bedreigingen van iemands fysieke en psychologische veiligheid leiden tot het optreden van psychische aandoeningen. Blijf lezen!

Geen opmerkingen: