Die meer afwachtende en observerende houding (van kinderen) maakt hen meer ontvankelijk voor het leren van het gedrag van anderen en van de instructies door die anderen. Kortom: die verlegenheid is misschien een voorwaarde voor het menselijk vermogen om cultuur tot stand te brengen en door te geven. Zo verkeerd is het misschien niet om verlegen te zijn.
Zo verkeerd is het ongetwijfeld ook voor Haitink niet geweest, hoewel hij er, zeker toen hij nog jong was, vaak last van zal hebben gehad.
Ik probeerde me te herinneren of en zo ja, welke concerten met Haitink als dirigent ik heb bijgewoond. Wat me meteen te binnen schoot is een concert dat het Concertgebouw Orkest in 1962 gaf in de Beurs in Leeuwarden. Het orkest maakte toen, ter gelegenheid van de viering van het 75-jarig bestaan niet alleen een tournee in Japan maar ook langs Nederlandse provinciesteden.
Ik was toen HBS-scholier in Heerenveen. Maar ook redactielid van de jongerenpagina van de Friese Koerier, waar Laurens ten Cate net Fedde Schurer als hoofdredacteur had opgevolgd. (De Friese Koerier ging een paar jaar later op in de Leeuwarder Courant.) Ik was ook wel wat verlegen, maar had toch de jongensachtige bravoure om voor te stellen dat ik dat concert zou gaan "recenseren". Dat werd een goed idee gevonden.
Als ik het me goed herinner, speelden ze de Derde Symfonie van Mendelssohn, bijgenaamd de Schotse. Wat ik schreef, was natuurlijk nauwelijks een muziek recensie te noemen. Misschien is het artikeltje nog op Delpher terug te vinden. Ik weet nog wel dat ik er melding van maakte dat de fotograaf van de krant hinderlijk flitsend foto's maakte en dat Haitink toen verstoord, maar wel door dirigerend, achteromkeek. Ik stelde me voor dat hij zich voor nam om nooit meer in de provincie te spelen.
Dit gaat ook terug in de tijd, maar iets minder ver. Niet in de provincie, maar in Moskou in 1975. Haitink dirigeert de London Philharmonic in de Tiende van Shostakovich.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten