vrijdag 27 januari 2023

De Nederlandse polycrisis: een moedeloos makende waslijst van problemen - die met elkaar samenhangen en een gemeenschappelijke oorzaak hebben - deel 5

We lijken aan het eind te zijn gekomen van een periode waarin in het politieke landschap de vuistregel domineerde dat de rol van de overheid zoveel mogelijk dient te worden teruggedrongen om zoveel mogelijk ruimte te verschaffen voor de markt, de eigenlijk bron van welvaart. Zie het vorige bericht

De vraag ligt nu op tafel hoe de dominantie van die vuistregel in verband staat met de twaalf crises in de Nederlandse politiek die in de vorige berichten langskwamen. Die dominantie werd in de politieke praktijk geconcretiseerd in:

  • bezuinigingen op overheidsuitgaven en dus publieke voorzieningen, 
  • pogingen om de belastingdruk te verminderen, 
  • verlagen van de hoogste tarieven in de inkomstenbelasting om zo de inkomensongelijkheid te vergroten,
  • deregulering, ook van de arbeidsmarkt,
  • privatisering,
  • loslaten van beleid gericht op volledige werkgelegenheid,
  • rentebeleid en dus werkloosheid als het middel voor prijsstabiliteit,. 
  • versoberen van sociale zekerheid ter "disciplinering van de arbeid",
  • prioritering van de wensen van het bedrijfsleven. 

Meer of minder bewust bedoeld, betekende die dominantie ook het afscheid nemen van de gedachte van de maatschappij als een moreel project, de gedachte die centraal staat in die andere vuistregel, die van het -iedereen-telt-mee en van de "gemeenschap georganiseerd in de staat". Met het omarmen van de markt kwam morele luchtledigheid daarvoor in de plaats. Alles draaide om "economische hervormingen", versterkt door de alom aanwezigheid van het vak economie, waartegenover het belang van "sociale hervormingen" uit het zicht verdween, ook al vanwege de afwezigheid van het vak sociologie. (Een sociologie die ertoe doet: een realistisch normatief kader voor sociale hervormingen.)

Wat zien we van dit alles terug in die twaalf crises?

Bij acht van die crises (rechtspraak, ggz, belastingdienst (twee maal), infrastructuur, jeugdzorg, gemeenten, asielopvang) tref je in de berichtgeving verwijzingen aan naar bezuinigingen op overheidsuitgaven. Anders gezegd, die crises leren ons iets over het grote belang van de overheid en dus van de financiering van publieke voorzieningen voor het welzijn van mensen. Voor het welzijn van burgers van het land en van mensen die in dit land asiel zoeken. 

We zagen eerder al de sterke aanwijzingen voor de negatieve welzijnsgevolgen van de bezuinigingen waarmee overheden reageerden op de Grote Financiële Crisis van 2008-2010. Ik zocht even vorige berichten daarover op en kwam tot de volgende lijst:  

Tjonge, wat een lange lijst. En wat een schat aan aanwijzingen dat je met die vuistregel van de kleine overheid en van de markt als enige bron van welvaart, de vuistregel dus van het ieder-voor-zich, inderdaad een waslijst aan crises teweegbrengt.

Wordt vervolgd. Lees hier deel 6.

2 opmerkingen:

Marjan zei

Mooie analyse, Henk.

Henk de Vos zei

Dank voor het compliment, Marjan.