In het vorige bericht ging het om het geval-Hitler als een wel heel gruwelijk geval van een narcistische leider die niet in staat is om zijn nederlaag onder ogen te zien. En we zagen dat dat onvermogen samen gaat met zoveel overtuigingskracht dat de leider tot het bittere eind een kring van volgelingen om zich heen heeft.
Nu over dat andere geval. Andere persoon, andere tijd, andere omstandigheden, maar ook een narcist die in een nationale staat aan de macht is gekomen. Het geval-Trump dus. Ook met een nederlaag, maar in dit geval een nederlaag bij democratische verkiezingen.
Wat meteen wijst op het grote verschil in omstandigheden: Hitler was in staat om de nog bestaande democratie binnen de kortste keren af te schaffen. Een verkiezingsnederlaag behoorde daarna al niet meer tot de mogelijkheden. Als er wel nog verkiezingen zouden zijn geweest, dan had hij die na zijn eerste economische en militaire successen hoogstwaarschijnlijk verloren, want de steun onder de bevolking nam snel af. Ian Kershaw daarover:
In politiek opzicht zorgde de oorlogsmoeheid voor een groeiende aversie tegen het naziregime, maar zonder enige mogelijkheid om dit gevoel in daden om te zetten. Niet alleen de nazipartij maar ook Hitler zelf was nu het middelpunt van kritiek geworden omdat hij Duitsland in een oorlog had gestort en zoveel ellende had veroorzaakt. Als duidelijk teken daarvan was de 'Heil Hitler'-groet aan het verdwijnen. 'De Voorzienigheid heeft bepaald dat het Duitse volk vernietigd moest worden, en Hitler is de uitvoerder geweest van deze wens,' was volgens een van de SD-posten begin november een gangbare mening. Behalve op deze negatieve manier, als de oorzaak van alle ellende en de belemmering om er een einde aan te maken, speelde Hitler, die ooit door miljoenen werd verafgood, inmiddels nauwelijks meer een rol in het bewustzijn van de gewone man. (p.155)
Dat wijst er op dat het van cruciaal belang is dat de democratie zich weet te handhaven ook als een narcistische leider aan de macht komt. Hoewel Trump gedurende vier jaar alle democratische regels aan zijn laars lapte, was er voldoende tegenkracht en was de Amerikaanse democratie, hoewel met gebreken, toch sterk genoeg om na vier jaar vrije en eerlijke verkiezingen te kunnen organiseren. Die Trump dus, hoewel nog steeds met grote aanhang, duidelijk verloor.
En dat was dus de nederlaag tot het onder ogen zien waarvan hij niet in staat was. En is. Want hoewel hij het Witte Huis verliet, blijft hij volhouden dat de uitslag door grootschalige fraude tot stand is gekomen en dat hij, in zijn eigen werkelijkheid, de verkiezingen met een landslide heeft gewonnen.
Dus moest alles in het werk worden gesteld om de inauguratie van zijn opvolger, Joe Biden, te voorkomen. Maar dan ook alles, tot en met het opjutten van zijn meest fanatieke aanhangers tot het bestormen van het Capitool op 6 januari, toen daar de verkiezingsuitslag formeel bezegeld werd. Alles wijst erop dat hij toen, in zijn narcistische waanwereld, serieus geloofde dat daarmee de verkiezing van Joe Biden ongedaan kon worden gemaakt. Een staatsgreep dus.
De New York Times maakte een gedetailleerd verslag van wat zich in de 77 dagen tussen de verkiezingen en de inauguratie van Biden in de Trump-kringen afspeelde: 77 Days: Trump’s Campaign to Subvert the Election. Een stukje geschiedschrijving in de tegenwoordige tijd. Over een de realiteit ontkennende president en zijn kring van aanhangers door dik en dun en anderen die hem uit opportunisme bleven steunen en hoopten dat hij niet te ver zou gaan:
Across those 77 days, the forces of disorder were summoned and directed by the departing president, who wielded the power derived from his near-infallible status among the party faithful in one final norm-defying act of a reality-denying presidency.
Throughout, he was enabled by influential Republicans motivated by ambition, fear or a misplaced belief that he would not go too far.
Net zo als Hitler als hij slecht nieuws kreeg elke laatste strohalm aangreep en orders uitvaardigde aan al niet meer bestaande divisies, greep Trump zich vast aan elk klein gerucht over mogelijke verkiezingsfraude dat hem werd toegespeeld.
The attorney general, Mr. Barr, arrived at the White House on the afternoon of Dec. 1 to find the president in a fury.
For weeks, Mr. Trump had been peppering him with tips of fraud that, upon investigation by federal authorities, proved baseless. That morning, after the president complained to Fox that the Justice Department was “missing in action,” Mr. Barr told The Associated Press that “we have not seen fraud on a scale that could have effected a different outcome.”
But another allegation had just captured the presidential imagination: A truck driver on contract with the Postal Service was claiming that he had delivered many thousands of illegally filled-out ballots to Pennsylvania from a depot on Long Island.
Federal investigators had determined that that one, too, was bunk. Court records showed that the driver had a history of legal problems, had been involuntarily committed to mental institutions several times and had a sideline as a ghost hunter, The York Daily Record reported.
En net zo als Hitler opliep tegen de overmacht van de geallieerde legers, liep Trump op tegen de rechters die al zijn ongefundeerde rechtszaken tegen verkiezingsuitslagen verwierpen. Waarna er toch weer een helper was die hem een nieuwe laatste strohalm aanbood.
Yet as the suits failed in court after court across the country, leaving Mr. Trump without credible options to reverse his loss before the Electoral College vote on Dec. 14, Mr. Giuliani and his allies were developing a new legal theory — that in crucial swing states, there was enough fraud, and there were enough inappropriate election-rule changes, to render their entire popular votes invalid.
As a result, the theory went, those states’ Republican-controlled legislatures would be within their constitutional rights to send slates of their choosing to the Electoral College.
If the theory was short on legal or factual merit, it was rich in the sort of sensational claims — the swirl of forged ballots and “deep state” manipulation of voting machines — that would allow Mr. Trump to revive his fight, give his millions of voters hope that he could still prevail and perhaps even foment enough chaos to somehow bring about an undemocratic reversal in his favor.
En zo ging het nog een tijd door. Totdat ook het Hooggerechtshof nul op het rekest gaf. En alleen nog de georganiseerde en aangestichte bestorming van het Capitool restte, die serieus bedoeld was als een gewelddadige staatsgreep.
De nederlaag was een feit. Zoals Hitler op het allerlaatste moment een einde aan zijn leven maakte, vertrok Trump op het allerlaatste moment uit het Witte Huis. Er rest hem nog een impeachment door de Senaat, die over zes dagen begint en ertoe kan leiden dat hij niet meer voor enige publieke functie in aanmerking kan komen. En er staan hem civiele en strafrechtszaken te wachten wegens financiële malversaties.
In het geval-Trump voltrekt zich de nederlaag binnen de regels van een nog functionerend democratisch stelsel. De uiteindelijke afloop dient zich aan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten