De verschillende draden die in dit blog zijn te onderscheiden, zitten natuurlijk ook in mijn hoofd. Soms lijken ze daarin (in mijn hoofd) een poosje parallel aan elkaar te lopen en soms lopen ze door elkaar heen en wordt het een ondoorzichtige kluwen. Maar soms ook komen ze min of meer bij elkaar en ontstaat een, altijd voorlopig, beeld van eenheid. Waardoor, en dat is natuurlijk het mooiste, de inzichten van die verschillende draden niet alleen bij elkaar aansluiten en onderlinge samenhang vertonen, maar ook elkaar aanvullen, versterken of tegenspreken.
Die laatste ervaring bracht me er op dat ik een nieuwe draad zou moeten beginnen onder de titel psychologie van het marktdenken. Met het achterliggende idee dat de markt een nog maar recent verschijnsel is in de mensheidsgeschiedenis en dat onze morele en cognitieve intuïties er maar een beperkt zicht op en een beperkte helderheid in kunnen verschaffen. Dit "informatietekort" leidt er toe dat we in ons denken sterk geneigd zijn om op vuistregels te vertrouwen. En dat tegelijkertijd uiteenlopende vuistregels zich kunnen aandienen.
Een zo'n vuistregel is die van de onzichtbare hand, die er voor zorgt dat mensen die alleen maar hun eigen belang nastreven er toch met zijn allen voor kunnen zorgen dat het resultaat voor ons allen gunstig is. Maar daartegenover staat de vuistregel dat het voor een goede maatschappij nodig is dat mensen zich moreel gedragen en niet alleen maar egoïstisch zijn.
Nu is er over die tegenstelling in de intellectuele ideeëngeschiedenis natuurlijk van alles geschreven. Ik noem alleen maar het zogenaamde Adam Smith-probleem, dat er over gaat dat beide vuistregels in het werk van Smith aanwezig zijn, zonder dat dat probleem van die tegenstelling lijkt te worden opgelost (zie bijvoorbeeld hier). En zie meer in het algemeen het mooie boek The Mind and the Market van Jerry Z. Muller.
Maar onder die titel Psychologie van het marktdenken zou ik meer willen kijken naar wat het sociaal-psychologische onderzoek te vertellen heeft over hoe mensen geneigd zijn de markt te begrijpen (of juist niet te begrijpen) en te beoordelen. Ik denk nu aan een onderzoek dat ergens rondom 1990 werd gepubliceerd (en dat ik dus moet zien terug te vinden), waaruit bleek dat de meeste mensen marktprocessen en marktuitkomsten heel anders beoordelen dan dat we ze volgens de neo-klassieke micro-economie zouden moeten beoordelen. (Denk ondertussen ook aan de gedragseconomie en bijvoorbeeld aan het boek Ons feilbare denken van Daniel Kahneman, dat wel een bestseller genoemd mag worden).
Maar ik denk ook aan recentere studies van Kathleen Vohs en anderen, die er op wijzen hoe ons gedrag beïnvloed wordt door met geld in aanraking te komen, ook al is die "aanraking" heel subtiel. En geld is natuurlijk waar het in de markt om draait. Zie bijvoorbeeld hier.
Dit onderzoek wijst er op dat ons denken over de markt sterk kan fluctueren. In de zin dat verschillende mensen er heel andere gedachten en gevoelens over kunnen hebben. Maar ook in de zin dat het denken en de gevoelens van personen in de tijd aan veranderingen onderhevig zijn. Het lijkt van belang om uit te vinden wat de factoren zijn die die fluctuaties beïnvloeden.
Dit bericht is dus voor mijzelf een herinnering en aanmaning om eens een begin te maken met de draad Psychologie van het marktdenken. En voor de lezers van dit blog een aankondiging.
Andere draden lopen gewoon door. Zoals de draad van sociale omgeving en gezondheid, die van sociale omgeving en pro-sociaal gedrag, die van de mythe van de opvoedbaarheid en die van zelf-organisatie. En tussentijds komen zo nu en dan al deze draden samen. Dat is althans de bedoeling.
Update. De vele berichten over de eurocrisis zijn meer gemotiveerd door actuele urgentie dan dat ze een inhoudelijke draad vormen. Wel is er in ieder geval een verband met de draad van de zelf-organisatie. En uiteraard met de psychologie van het marktdenken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten