Er zijn al veel aanwijzingen dat de betrokkenheid van grootouders bij hun kleinkinderen bijdraagt aan de goede ontwikkeling van die kinderen. Dit artikel somt een aantal onderzoeksresultaten op. Hoe meer kinderen een goede relatie met hun grootouders hebben, hoe geringer de kans op (internaliserende en externaliserende) gedragsproblemen, hoe minder depressieve symptomen en emotionele problemen en hoe meer pro-sociaal gedrag.
Dit doet vermoeden dat de sociale en morele ontwikkeling van kinderen wordt bevorderd als het gezin minder sociaal geïsoleerd is, in dit geval doordat grootouders bij het gezin betrokken zijn. Maar je kunt niet helemaal uitsluiten dat de oorzakelijke relatie omgekeerd is. Dat kinderen waar het goed mee gaat, leuker zijn voor grootouders om mee om te gaan.
Dat artikel, naar de samenvatting waarvan ik hierboven heb gelinkt, geeft een aanwijzing voor het tegendeel. Het laat zien dat de betrokkenheid van grootouders bij kleinkinderen en het contact met kleinkinderen als die kinderen tussen de 10 en 14 jaar oud zijn, samenhangt met hoe pro-sociaal die kinderen een jaar later zijn.
We kunnen de sociale en morele ontwikkeling van kinderen bevorderen door het sociale isolement van gezinnen te verminderen. En grootouders spelen daarin een heel concrete en belangrijke rol.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten