Sociaalwetenschappelijk gezien is het gedrag van de foute leider te herkennen als de uitkomst van de extreme activering van het statuscompetitiepatroon, waarvan de kern bestaat uit de drie-eenheid van zelfbewondering, vijandschap en onveranderlijkheid van gedrag. Hier het vorige bericht. Die kern is goed waar te nemen aan het gedrag van het schoolvoorbeeld van de foute leider, Adolf Hitler. Helpt die kern ons bij het observeren en diagnosticeren van het gedrag van hedendaagse foute leiders? De politieke actualiteit nodigt uit om te kijken naar wat we weten over het gedrag van Donald Trump in de Verenigde Staten en Geert Wilders in ons eigen land.
Er zijn natuurlijk meer hedendaagse foute leiders, zoals Poetin, Orbán, Netanyahu, Le Pen, maar het is voor één persoon ondoenlijk om die allemaal te volgen. En we missen een sociale wetenschap die de analyse van het sociale fenomeen van de foute leider tot zijn kerntaak rekent en die een educatieve en waarschuwende invloed zou kunnen uitoefenen. Dat gemis werkt een journalistiek in de hand die te vaak louter rapporteert en daardoor het foute gedrag normaliseert. Gelukkig zijn daar uitzonderingen op en is er natuurlijk ook sociaalwetenschappelijk onderzoek te vinden dat inzicht biedt in het fenomeen.
Dat het gedrag van foute leiders zo gemakkelijk kan worden genormaliseerd is natuurlijk ook sociaalwetenschappelijk gezien een interessant fenomeen. Want wat is het geval? Hoe mensen naar de wereld kijken wordt er sterk door bepaald of bij hen het gemeenschapspatroon geactiveerd is dan wel het statuscompetitiepatroon. En dan dringt zich de vraag op of als je met de gemeenschapsblik naar de wereld kijkt, wel goed in staat bent om het statuscompetitiegedrag van anderen, en in het bijzonder dat van de foute leider, te herkennen en voldoende serieus te nemen.
Je vooronderstelling is dan immers die van de sociaal veilige wereld, je gaat ervan uit dat anderen goede bedoelingen hebben. Als je door dat gemeenschapsvenster naar het gedrag van de foute leider kijkt, dan dreigt het gevaar dat de kwaadaardigheid ervan aan je voorbijgaat. Je pikt vooral ook de kleinst mogelijke aanwijzingen op dat zijn agressieve en vijandige uitingen niet echt zo zijn bedoeld. Dat is nu eenmaal zijn "stijl" en daar moet je doorheen kijken. Uiteindelijk zal hij het toch wel goed bedoelen?
Waarbij natuurlijk helpt dat de foute leider wel inziet dat hij om aan de macht te komen de kiezers een rad voor ogen moet draaien. Zijn doorgaans gebrekkige zelfinzicht verhindert niet dat hij inziet dat hij zich zoveel mogelijk moet voordoen als een goede leider, die het met iedereen, behalve zijn vijanden, goed voorheeft. Hij moet beloftes doen die de kiezers aanspreken. Wilders moet zich "milder" voordoen dan hij in feite is. Trump probeert te verhullen dat alles in zijn politieke handelen om zichzelf draait.
Sociaalwetenschappelijk is dus het "succes" dat foute leiders vaak hebben, goed te verklaren. Hier het vervolg.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten